Mini Cooper S E Countryman ALL4: de Countryman aan de stroom

Onder de motorkap

Onder de kap vinden we geen verrassingen: de kleine drukgevoede driecilinder van 1,5 liter die ook in de BMW i8 wordt gebruikt. Hier produceert hij 136 pk die via een zestrapsautomaat naar de voorwielen worden gestuurd. De TwinPower Turbo puurt er vanaf 1.250 tpm 220 Nm uit. Achteraan, onder de koffervloer, zit een elektromotor van 88 pk. Die stuurt 165 Nm naar de achterwielen. Dat koppel is meteen beschikbaar, een van de grote troeven van een elektrische aandrijving.

Wie elektromotor zegt, zegt uiteraard ook batterij. Die bevindt zich onder de achterbank, naast de brandstoftank, die nog maar 35 liter groot is. Deze Mini is een plug-inhybride, wat betekent dat je de batterij aan een klassiek stopcontact in 3u15 kunt opladen, en aan een wallbox in 2u15. In totaal produceert de Cooper S E Countryman dus 224 pk, 385 Nm en verbruikt hij theoretisch 2,1 l/100 km, met een CO2-uitstoot van 49 gram. Het elektrische rijbereik bedraagt maximum 42 kilometer.

Hoe werkt het?

Goed nadenken is de boodschap. Een Toggle eDrive-knop laat je kiezen tussen drie rijmodi. AUTO eDRIVe laat je tot 80 km/u zuiver elektrisch rijden. Daarboven, wanneer je stevig accelereert of wanneer de batterij nog maar 7% lading heeft, schiet de verbrandingsmotor te hulp. MAX eDRIVE laat je zuiver elektrisch rijden, tot 125 km/u. De verbrandingsmotor schiet pas te hulp boven die snelheid of bij kickdown. SAVE BATTERY gebruikt alleen de verbrandingsmotor en laadt de batterij op voor later gebruik.

Daarnaast kan je nog een van de drie MINI Driving Modes kiezen: Mid, Sport of Green. Die hebben invloed op het stuur, het gaspedaal en de versnellingsbak. Het overzicht bewaren tussen alle keuzemogelijkheden is moeilijk: soms weet je niet meer of je de batterij gebruikt of spaart, wanneer je van de veiligheid van vierwielaandrijving profiteert of van het maximale vermogen.

Geduld

Niet eenvoudig te kiezen dus, terwijl tegelijk de rijhulp toeneemt die de auto richting autonoom rijden duwt. Daar zijn we weliswaar nog veraf: onze Countryman heeft bijvoorbeeld een adaptieve snelheidsregelaar. Handig, want die past de snelheid aan het verkeer aan, en kan de auto zelfs volledig doen stilstaan. Maar met de zon op kop en enkele insecten op de voorruit werkt het systeem niet meer. Dan is het terug aan jou. En wanneer er in een smalle straat een tegenligger op de fiets aankomt en je er plaats voor maakt, besluit de noodremhulp abrupt in te grijpen wanneer diezelfde fietser zich aan het voorwiel bevindt. Autonoom rijden? Nog even wachten graag.

Hybride

In de hybridemodus ben je in de praktijk uiteraard ver verwijderd van het officieel opgegeven verbruik. Na ongeveer 900 kilometer aan een rustige rijstijl klokten we niet af op 2,1 liter maar op 6,7 liter. Na nog eens 100 kilometer tegen een steviger tempo bedroeg het gemiddelde verbruik 7 liter. Bij een levendigere rijstijl blijft de nochtans stevige Countryman (een leeggewicht van 1.735 kilogram) levendig. Het aanzienlijke gewicht is netjes verdeeld over de twee assen en zorgt voor een mooie balans maar voor minder comfort. De ophanging is aan de stevige kant, en de 18-duimsvelgen helpen natuurlijk weinig.

De dubbele aandrijving zorgt dan weer voor een actief en krachtig weggedrag, en de verbrandings- en elektromotor werken steeds netjes samen. De Aisin-automaat heeft niet dezelfde respons als de ZF-achttrapsautomaat, maar is iets trager. Een motorrem is er ook niet bij een actieve rijstijl: om te remmen moet je de vier remschijven aanspreken. Benieuwd wat dat geeft op een lange afdaling…

Verschillen

De hybride Countryman verschilt discreet met de rest van het gamma. Enkele gele accenten in de logo’s en de startknop, een 45 liter kleinere koffer, een lichtjes verhoogde achterbank die niet meer verschuifbaar is maar waarvan je de rugleuning nog wel kunt verstellen. Ook kan je de achterbank nog in 40/20/40-verhouding neerklappen. De laadkabel voor een gewoon stopcontact wordt meegeleverd, maar voor een wallbox moet je bijbetalen. En de kabels opbergen in het kleine bergvak is geen evidente opgave. Laden doe je aan de linkerkant van de auto. De beperkte brandstoftank van 35 liter wordt wellicht een probleem bij lange reizen.

De Countryman is met € 37.350 niet goedkoop en de optielijst blijft lang. Onze testauto kreeg bijvoorbeeld € 11.000 aan extra uitrusting. Andere ALL4-varianten zijn goedkoper: de Cooper SD kost € 36.680, de Cooper S € 34.840 en de Cooper € 30.280. Maar je houdt natuurlijk beter ook de fiscale voordelen en je ecologische mindset in het achterhoofd…