Eind vorig jaar berichtten we al dat de drie Japanse autobouwers toenadering tot elkaar zochten om een gestructureerde samenwerking te onderzoeken. Het idee was om samen een groter en sterker blok te vormen, vooral tegen de oprukkende Chinese concurrenten. Een deal van 60 miljard dollar zou van de drie constructeurs samen ’s werelds derde grootste autoverkoper maken. Maar zover is het dus niet gekomen.

Advertentie
Advertentie

We schetsen even opnieuw de context. Nissan beleeft moeilijke tijden. Vorig jaar zagen we de constructeur zijn winstverwachting verlagen met maar liefst 70%, 9.000 banen werden geschrapt, de productiecapaciteit werd teruggeschroefd en een stuk van de Mitsubishi-aandelen van Nissan werd verkocht. Verre van een goednieuwsshow dus. Ook de relatief kleine constructeur Mitsubishi gaat het momenteel niet echt voor de wind. Enkel Honda lijkt gunstige cijfers te kunnen rapporteren met kleine stijgingen in omzet en winst ten opzichte van het vorige jaar.

Waarom is het misgelopen?

Meteen na het opstarten van de gesprekken begon ook de geruchtenmolen te draaien. Honda zou niet uit zijn op een doorgedreven samenwerking, maar op een overname van Nissan om het verder te zetten als dochteronderneming. Dat plan viel niet in goede aarde bij Nissan, want Honda toonde op die manier geen respect voor Nissan, de oudste van de twee.

Nissan werd op zijn beurt door Honda ervan beschuldigd om zich meer te willen toe-eigenen dan waar het door zijn huidige financiële situatie recht op zou hebben. Honda stelde voor om grondig te saneren, maar fabriekssluitingen liggen bij Nissan politiek erg gevoelig. Nissan zou zich te trots en blind voor de realiteit hebben gedragen om tot een constructief gesprek te komen, zo werd gezegd in de wandelgangen. Dat alles leidt dus nu tot het officiële einde van het overleg.

Advertentie
Advertentie

Hoe moet het nu verder met Nissan?

Voor Honda kan alles blijven zoals het was, zij zijn bereid de samenwerking zoals die er voorheen was verder te zetten. Voor Nissan is het een ander verhaal. De Nissan-bazen gaven de indruk zichzelf wel te kunnen redden uit de penibele financiële situatie. Analysten lijken er niet van overtuigd dat Nissan zijn problemen zelf kan oplossen en vinden dat Nissan zijn positie en merkwaarde gevaarlijk overschat.

Nissan heeft van zijn kant al laten weten dat het de kosten zwaar terug zal dringen, met zo’n 400 miljard yen (ongeveer 2,5 miljard euro). Lees: extra ontslagen en besparingen op de ontwikkelingskosten. Het merk overweegt zelfs om zich terug te trekken uit markten waar het niet goed genoeg presteert.

En plots, als een deus ex machina in een Griekse tragedie, doet Foxconn zijn entree in het verhaal. De grote Taiwanese elektronicabouwer die onder andere iPhones produceert voor Apple, heeft nu een opportuniteit geroken om zijn activiteiten verder uit te breiden in de EV-markt. Het heeft Nissan laten weten interesse te hebben in een samenwerking op het vlak van design en productie.

Het is duidelijk dat deze soap nog niet aan zijn einde is. Is het aanbod van Foxconn de levenslijn die Nissan dringend nodig heeft? En gaan we de nieuwe modellen die Nissan beloofde te lanceren voor 2027 nog ooit te zien krijgen? We zullen het moeten afwachten…