Voor de Auris van de tweede generatie koos Toyota een andere aanpak: op een identieke wielbasis (op hetzelfde, maar geüpdatete platform), wint de Auris drie centimeter in de lengte maar verliest hij er bijna zes in de hoogte. De proporties evolueren dus radicaal om de auto een dynamischer silhouet te geven, geholpen door een strak profiel.
De vloer ligt één centimeter lager voor een preciezer en doeltreffender weggedrag. De bestuurder lijkt ook actiever betrokken omdat hij vier centimeter lager zit. De voorkant van de Auris heeft een fijn en strak radiatorrooster dat naadloos doorloopt in de koplampen. In het midden prijkt een groter merklogo en onder de kleine grille staat een grotere grille in de vorm van een trapezium, afgewerkt met chroom.
Karaktertrek
Zonder uit te blinken in originaliteit, heeft de blik van de Auris meer karakter dan vroeger. Een dynamische plooi onderstreept het profiel. Ze begint aan het uiteinde van de koplampen, benadrukt de gespierde kont en mondt uit in de strakke horizontale achterlichten in de kofferklep. Netjes, maar met een déjà-vugevoel. Voor een sprankeltje emotie moet je eerder naar de GT86 kijken.
We moeten echter correct zijn: de dynamiek van deze evenwichtige lijn wordt bevestigd door de technische keuzes. De lagere vloer en zitpositie en het verlaagde dak kunnen het weggedrag alleen verbeteren, wat snel blijkt achter het stuur.
Dynamischer weggedrag
Met hetzelfde doel doet het koetswerk een beroep op staal met hoge elasticiteitsgrens. Het weggedrag profiteert direct van deze winst in gewicht en stijfheid. Door de vermagering (50 tot 70 kg naargelang de versie) en het lage zwaartepunt konden de ingenieurs de ophanging herzien ten voordele van het weggedrag en het comfort.
Twee ophangingsconcepten worden samen gebruikt: een torsieas voor de twee meest bescheiden motoren en een dubbele driehoek voor de andere. De stuurbekrachtiging ontsnapte evenmin aan de aandacht van de ingenieurs. De ontdubbeling werd gereduceerd. De geluiddemping werd grondig herzien, wat de Auris rustiger maakt dan de vorige versie.
Gevarieerd aanbod
De Auris is momenteel de enige in zijn segment die de keuze biedt tussen benzine-, diesel- en hybridemotoren. Het aanbod begint met de 1.33 (99 pk) met 5,5 l/100 km en 128 g/km, aangevuld door de 1.6 (132 pk) met 5,9 l/100 km en 138 g/km (respectievelijk 5,7 en 134 met Multidrive S-automaat). Als diesels zijn er de kleine 1.4 D-4D met 90 pk (3,8 l/100 km en 99 g/km) en de 2.0 D-4D met 124 pk, aangekondigd met 4,3 l/100 km en 112 g CO2/km. Qua uitstoot en verbruik gaan alle motoren er sterk op vooruit tegenover de vorige generatie.
De 2.0 diesel kreeg bijvoorbeeld een nieuwe turbolader, een oliepomp met twee trappen, hertekende verbrandingskamers en een nieuw voorverwarmingssysteem, om maar enkele punten te noemen. De Stop & Start, standaard op de tweeliter diesel, is ook beschikbaar op de 1.4 diesel in de Eco-afwerking, maar niet op de benzineversies.
Hybride
Wie Auris zegt, zegt uiteraard ook hybride. Dankzij het lichtere en meer gestroomlijnde koetswerk haalt de Auris Hybrid een verleidelijke CO2-uitstoot van 87 g/km en een gemiddeld normverbruik van 3,8 l/100 km. Het 1.8-blok ontwikkelt met de hulp van een elektromotor een totaalvermogen van 136 pk. De batterij ligt niet langer in de koffer maar onder de achterbank, waardoor 360 liter kofferruimte ontstaat (30 procent winst). In volledig elektrische modus kun je 2 km afleggen met 50 km/u.
Afwerkingen
Afhankelijk van de motoren zijn verschillende uitrustingsniveaus beschikbaar. Het begint met de Pure en eindigt met de Lounge, met daartussen de Active, Comfort en Style.
De Auris Hybrid wordt hoog in het gamma geplaatst en is beschikbaar als Comfort, Lounge en tot slot Premium, exclusief voor dit model en uitgerust met bijna alle mogelijke opties. De prijzen variëren van 16.910 euro (1.33 Dual VVT-i 6M/T Pure) tot 29.010 euro (1.8 VVT-i Hybrid CVT Premium). Een 1.4 D-4D Comfort Eco (met Stop & Start) kost 21.370 euro.
Ruimte voor verbetering
Hoewel de Auris vooruitgang boekt, kunnen we niet enthousiast worden van het banale en gedateerde instrumentenbord met verschrikkelijke centrale verluchtingsroosters, een klokje dat recht uit de jaren zeventig stamt, een niet bepaalde fraaie omkadering van het centrale scherm of de inspiratieloze deurpanelen. De kwaliteit van de materialen is acceptabel, maar staat lichtjaren verwijderd van wat we gewoon zijn bij de Volkswagen-groep, zoals de recente Golf 7 demonstreert.
Lichte voet
We kropen achtereenvolgens achter het stuur van de 2.0 diesel, de 1.6 benzine en de 1.8 hybride. De 2.0 diesel is aangenaam in gebruik en zeer discreet, waardoor hij net als de 1.6 benzine weinig temperament toont. De hybride trok meer onze aandacht als originele en geslaagde aanbieding. Het vlakke karakter van de Auris past perfect bij de rustige rijstijl die je met deze motor moet hanteren.
Gemoedstoestand
Met een rustige rijstijl in het drukke verkeer naar Barcelona en daarna een lichte voet, haalden we een gemiddeld verbruik van 4,7 l/100 km, zonder er een economy run van te maken. Een ontspannen rijstijl volstond. Daarna lieten we ons een beetje gaan op de bergachtige wegen. Het chassis is niet echt speels, dit is gewoon een keurig en veilig product.
We begrijpen al snel dat de motor van de Auris Hybrid niet geschikt is voor zulke gevallen, met een CVT-automaat die hem hoog in toeren jaagt, wat snel vervelend wordt. Op een laatste stukje autosnelweg is de Auris Hybrid erg op zijn gemak en houdt hij moeiteloos een goede gemiddelde snelheid aan.
Het verstand
Liefhebbers van passie en koude rillingen tijdens het rijden, kijken beter uit naar iets anders. De Auris voert zijn taak uit vol overgave, maar zonder glans. Hij brengt niemand in moeilijkheden, maar geeft zijn eigenaar geen bijzondere voldoening. Een goed gebruiksvoorwerp voor een rustige rijstijl, dat elke emotie uitwist en een groot publiek zal aanspreken dat verwacht dat een auto van punt A naar punt B rijdt. Kun je hen ongelijk geven?