Tegen 2035 moeten alle in Europa nieuw verkochte auto’s lokaal emissievrij zijn, elektrisch dus. De voor de hand liggende keuze daarbij is batterij-elektrisch, maar er is een alternatief: waterstof. Auto’s die gebruikmaken van dat gas, maken over het algemeen gebruik van een brandstofcel, die waterstof combineert met zuurstof uit de omgevingslucht en op die manier elektriciteit produceert met enkel waterdamp als restproduct. In afwachting van BMW zijn er op dit moment in ons land twee auto’s met een brandstofcel commercieel verkrijgbaar: de Toyota Mirai berline, waarvan in 2020 een nieuwe generatie gelanceerd werd en waarmee we onlangs nog op pad gingen, en de Hyundai Nexo. De SUV van het Koreaanse merk is al sinds 2018 bij ons op de markt, en volgde de FCEV-versie van de iX35 op (de voorganger van de huidige Tucson). De Nexo testten we nog niet bij VROOM.be, dus kozen we hem uit voor onze waterstofreportage.
Doodnormaal
De eerste vaststelling nadat we de auto oppikten bij de invoerder van Hyundai in Kontich, was hoe normaal hij rijdt… als een elektrische auto, die we ondertussen al wel gewoon zijn. Maar dit is geen auto die om de paar honderd kilometer aan de laadpaal moet, wel één met technologie aan boord die nog in volle ontwikkeling is. We hadden dus iets meer excentriciteit verwacht, maar de Nexo rijdt dus gewoon als een elektrische SUV, stil en vlot. Zijn elektromotor beschikt over een vermogen van 120 kW (163 pk) en een koppel van 395 Nm, dus verschroeiend zijn de prestaties niet: 0 naar 100 km/u neemt 9,2 tellen in beslag en de hernemingen zijn correct.
De stroom voor die elektromotor wordt geleverd door een kleine lithium-ion batterij met een opslagcapaciteit van 1,6 kWh die een vermogen van 40 kW kan leveren en een brandstofcel die maximaal 95 kW kan leveren. Maar wat is het voordeel van die technologie? In tegenstelling een batterij-elektrisch model, zoals bijvoorbeeld de Hyundai Ioniq 5, moet de Nexo niet aan de laadpaal, maar kan je hem aan de pomp voltanken met waterstof.
Drie tanks met elk een capaciteit van 52,2 liter, samen goed voor zo’n 6 kilogram van het gas, laten zich aan een waterstofpomp met een druk van 700 bar in minder dan 5 minuten vullen. Met een gemiddeld verbruik van 1 kg waterstof per 100 kilometer, kom je dus zo’n 600 kilometer ver, om vervolgens opnieuw 5 minuten te tanken. Een combinatie van korte tankbeurten zoals bij een auto met verbrandingsmotor dus, en het uitstootvrije en stille rijden van een elektrisch model!
Tanken in plaats van laden
Onze eerste rit ging van Kontich naar Den Haag, waar de Europese voorstelling van de drie modellen van BYD plaatsvond. Zo’n 150 km zonder ‘range anxiety’ en een rijbereik van nog zo’n 450 km over om terug naar huis te rijden. Makkie! De dag erop rijden we via Brussel terug naar het thuisfront in Hasselt. Aangezien we niet ver van het Dats24 waterstofstation in de buurt van Leuven passeren met 350 km op de teller, tanken we een eerste keer.
Wie al eens met LPG of CNG reed, hoeft bij de waterstofpomp niet uit zijn comfortzone te treden: het pistool klikt op de vuldop, de groene knop start het tankproces en na het tanken klik je het pistool gewoon terug los. Door de lage temperatuur van het waterstofgas vormt er zich een laagje ijs op het pistool, maar verder geen opmerkingen. De prijs? Net geen 10 euro per kilogram, en dus een gebruikskost van even veel euro’s per 100 km. Een stuk minder dan met een elektrische auto snelladen bij Ionity of Fastned.
Beperkte infrastructuur
Waarom rijden we dan niet allemaal op waterstof? Eerst is er de aankoopkost: een Nexo kost je net geen € 74.000. Hij beschikt dan wel over een zeer volledige standaarduitrusting, maar het is toch even slikken. Een groter probleem is de beschikbaarheid van waterstoftankstations. Op dit moment zijn er daarvan in België amper vijf: twee in Antwerpen, één in Zaventem, één in Halle en één in Haasrode bij Leuven. Woon je in Wallonië, Limburg of Oost-/West-Vlaanderen? Dan mag je een stevige afstand afleggen tot bij de dichtstbijzijnde pomp. Niet ecologisch. In Erpe-Mere en Herve zijn er waterstofstations in aanbouw, een pluim op de hoed van van Colruyt-dochter Dats24, maar zelfs daarmee blijft het aanbod zeer beperkt. En wil je op vakantie naar het Zuiden? Vergeet het, buiten enkele waterstofstations in de buurt van Parijs is er geen station te vinden in de landen rond de Middellandse Zee, behalve enkele pompen met 350 bar druk, die gebruikt worden door bussen en die de tank van je auto maar voor de helft kunnen vullen – als je er al toegang toe hebt.
Duitsland waterstofland
Bij onze Oosterburen zijn ze in vergelijking verwend. Het netwerk van waterstofstations is er zeer uitgebreid en bovendien ook goed onderhouden. En dat treft, want later die week hebben we een afspraak in Duitsland. Wat research vooraf maakte duidelijk dat met een gewone kaart betalen er niet inzit, dus vragen we een tankkaart aan bij H2 Mobility, die in Duitsland gebruikt kan worden aan alle waterstoftankstations. De kaart is gekoppeld aan een praktische app die in real-time de beschikbaarheid van de stations weergeeft.
Na onze eerste tankbeurt in de buurt van Leuven, wat lokale verplaatsingen rond Hasselt en tenslotte de rit naar onze afspraak in de buurt van Dortmund, blijkt dat we nog wel thuis zullen geraken, maar dat de trip naar het het tankstation in Leuven er misschien teveel aan zal zijn, met een eindtotaal van 550 kilometer. En dus stoppen we aan een waterstoftankstation van Air Liquide in de buurt van Düsseldorf. Voor alle zekerheid proberen we eerst te betalen met een bankkaart, wat niet lukt, en vervolgens met een tankkaart van Air Liquide die we voor alle zekerheid meenamen, maar ook die blijkt niet te werken.
De kaart van H2 Mobility doet daarentegen perfect wat ons beloofd werd. De prijs voor waterstof ligt in Duitsland wel hoger: 12,85 euro. Aangezien we voor het terugbrengen van de Nexo in Leuven voorbij zullen komen, tanken we hem in Duitsland maar half vol. De rekening krijgen we enkele dagen later in onze mailbox. Makkelijker kan niet. Voor we de Nexo terugbrengen, tanken we hem in Haasrode nog eens vol. Kwestie dat de persoon die hem na ons gebruikt geen al te grote omweg moet maken om te tanken. Dat soort nutteloze kilometers zou immers vloeken met de ‘klimaatvriendelijke’ inborst van het waterstofmodel.
Ons verdict
Kan je dagdagelijks met een waterstofauto rijden? Jazeker, en zelfs zonder ‘range anxiety’ en in alle comfort. Maar toch voelt het een beetje aan als elektrisch rijden in de begindagen van de batterij-elektrische auto: het aantal waterstoftankstations is in ons land bijzonder beperkt en ook nog eens geconcentreerd in de provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant. Tenzij je in de buurt woont of vaak aan een station voorbijkomt, zou een waterstofauto dus wel eens eerder een last kunnen zijn dan een plezier. En je vakantiebestemming ligt bij voorkeur in Duitsland…