In de jaren 1990 stond Isuzu net zoals vandaag bekend om zijn pick-ups, vrachtwagens en dieselmotoren. Toch werd in een achterhoek van de kantoren in Japan gewerkt aan een geheim project dat het merk in de autosport moest introduceren.
Motor zonder auto
Al een paar jaar sleutelden de ingenieurs van het merk aan een V12 met dubbele bovenliggende nokkenas, een cilinderinhoud van 3,5 liter en een vermogen van 640 pk bij 12.500 o/m. Maar daarmee had Isuzu een motor… maar geen auto. En toen dook een onverwachte meevaller op: Lotus was destijds op zoek naar een motor voor zijn F1-wagen 102B. Het huwelijk tussen de twee en de creatie van de Lotus 102C was een echt succes.
Waanzinnige conceptcar
Helaas trok de Japanse economische zeepbel een streep door de ambities van Isuzu en het project ging de vuilbak in na slechts 7 gebouwde motoren. Toch was dat niet het laatste wat we van de V12 hoorden, want hij eindigde zijn carrière in de Como F1 Super Truck, een futuristische conceptcar die veel laadruimte combineerde met veel vermogen.
De pick-up kwam uit het hoofd van Simon Cox, die later ook de Cadillac Cien zou tekenen, en droeg de beroemde 3.5-V12 centraal achterin. Volgens Isuzu werd die keuze ingegeven door de binnenruimte en de laadruimte achteraan.
Zonder ooit enige ambitie voor serieproductie te hebben moest de conceptcar als visitekaartje voor Isuzu dienen in de jaren ’90, om te tonen waar het merk toe in staat was.
