De Q7 is minder ostentatief dan vroeger maar behoudt gelijkaardige afmetingen; hij wordt een beetje kleiner. Door zijn rechte lijnen is het geen toonbeeld van elegantie, maar hij blijft indrukwekkend met zijn radiatorrooster dat het asfalt lijkt te willen opslorpen. De imposante Q7 is heel ruim vanbinnen, ook voor de drie passagiers op de tweede rij. Daar volwassenen plaatsen is een formaliteit. Vergeet ook niet dat de kolos van Audi beschikbaar is met een derde zitrij met twee elektrisch wegklapbare zetels.
Digitale cockpit
In tegenstelling tot de Volvo XC90 die zich tot zijn passagiers richt met een Scandinavische (zen)sfeer, verwent de Q7 zijn bestuurder met een hele reeks schermen, ook ter vervanging van de klassieke tellers achter het stuur. De Q7 kopieert de nieuwe TT maar voegt er een beweegbaar scherm en een groot touchpad aan toe. De kwaliteit van de afwerking staat zoals altijd aan de top, maar de sfeer mist warmte.
Op dieet
Het meest indrukwekkende nieuws in het persdossier betreft het gewicht: tot 325 kg winst, voor een groot deel dankzij het koetswerk. Dit garandeert een CO2-uitstoot op het beste niveau van de categorie, ondanks een gebrek aan viercilindermotoren: 144 g CO2/km in de basis-V6 TDI. Een bijkomend voordeel: meer dynamisme.
4 gestuurde en aangedreven wielen
Audi rust zijn grootste SUV uit met technieken die nieuw zijn in het gamma, zoals vierwielsturing. Bij lage snelheden draaien de achterwielen in de tegengestelde richting in een bocht en in dezelfde richting bij hogere snelheden. Die techniek is niet uniek (Renault gebruikt ze bijvoorbeeld ook in de nieuwe Espace) maar zorgt voor meer stabiliteit bij hogere snelheden.
Koppel deze technologie aan vierwielaandrijving en een adaptieve schokdemping je krijgt een uitzonderlijk weggedrag voor zo’n grote SUV. Tijdens de eerste test op Zwitserse bodem kon de Q7 de bochten gemakkelijk aan elkaar rijgen en gaf hij geen krimp wanneer het tempo verhoogd werd. Zelfs in steile bochten lijkt de Q7 achter het stuur kleiner dan hij in werkelijkheid is.
3 motoren
In tegenstelling tot Volvo dat naar eigen zeggen ‘de cilinders niet meer telt’ en alleen nog viercilinders aanbiedt in de XC90, houdt Audi vast aan V6-motoren: een 3.0 TDI met 218 pk en 500 Nm, een 3.0 TDI met 272 pk en 600 Nm en een 3.0 TFSI met 333 pk en 440 Nm. Later volgt een e-tronversie, een plug-inhybride met een theoretisch verbruik van 1,7 l/100 km.
We legden de hand op de versie die bij ons het gros van de verkoop zal uitmaken, namelijk de 3.0 V6 TDI met 218 pk. Het lagere gewicht geeft deze motor vleugels. Hij draait discreet en doeltreffend, terwijl hij niet veel lijkt te drinken. Hij vormt een knap duo met de automaat met acht versnellingen. De prestaties en soepelheid voldoen zeker. Waarom zou je nog een sterkere motor kiezen?
Veiligheid
Volvo trekt de kaart van de veiligheid met de XC90 vol elektronische hulpmiddelen, maar de Q7 blijft niet achter. De volledige uitrusting kan een telefoonboek vullen, maar laten we een knap voorbeeld geven: hulp voor manoeuvres met een aanhangwagen waardoor je de auto en de aanhangwagen kunt parkeren door te spelen met de centrale draaiknop. De auto doet de rest. Een verbluffend gemakkelijk systeem. Bovendien biedt Audi een waarschuwingssysteem voor het per ongeluk openen van een deur en een automatisch remsysteem dat heel wat potentieel gevaarlijke situaties herkent.
Conclusie
De nieuwe Audi Q7 is traditioneler in zijn aanpak dan de Volvo XC90. Hij gomt de foutjes van zijn voorganger weg en verloor meer dan 300 kg. De passagiers verkiezen wellicht de sfeer van de Zweed, maar de Duitser heeft een verbazingwekkend weggedrag. Hier wordt de bestuurder in de watten gelegd. We kijken uit naar een vergelijkende test om deze twee mastodonten zij aan zij te plaatsen.