Een oude vriend
Al vier jaar rijdt deze mooie Italiaan over onze wegen. Hij werd in 2007 gepresenteerd en kreeg een kleine facelift in 2010, die gelukkig niets veranderde aan de elegante en sportieve lijn. De Bravo wordt met reden "de kleine Maserati" genoemd en voegt wat glamour toe aan het C-segment. De Golf, 308 en andere Méganes onttronen is nog niet gelukt. Explosief kunnen we de verkoop van de Bravo niet noemen.
Kleine retouches
De Bravo krijgt een nieuw radiatorrooster en geniet van enkele kleine verbeteringen, zoals de portiergrepen en de spiegelkappen in dezelfde kleur als het koetswerk, ongeacht de versie. We zien ook nieuwe koplampen en richtingaanwijzers. In het interieur van de basisversies Active en Dynamic werden de materialen en de kleuren herzien. Tot zover de cosmetica. Grosso modo worden de gewoontes van het model niet overhoop gegooid.
Motoren
De diesels zijn er met vier vermogens: 90, 105 en 120 pk uit de 1.6 MJet (die laatste variant heeft een sequentiële bak) en, voor de sportievelingen, 163 pk uit de nieuwe 2.0 MJet.
Bij de benzines is de traditionele 1.4 met 90 pk nog altijd trouw op post. Onder de motorkap verschijnt ook de nieuwe 1.4 MultiAir, die met 140 pk een stuk onstuimiger is.
Sport
We hebben de Sport-versies getest, uitgerust met de sterkste motoren: de 2.0 MJet met 163 pk en de 1.4 MultiAir met 140 pk. Tot zover de presentatie.
In het interieur worden we verrast door de verbazingwekkende ruimte. Zowel vooraan als achteraan worden de passagiers nooit in pijnlijke bochten gedwongen. Met de lederen bekleding is de presentatie zelfs luxueus. Wel is het zitkussen nogal stevig. De sfeer is verfijnd, maar blijft ouderwets, de schuld van de middenconsole die uit de toon valt in vergelijking met nieuwe auto's. Maar dat vergeet je al snel door de fraaie stiksels en andere fijne details.
Soepel en overtuigend of ronduit sportief
Met de dieselmotor is de Bravo een aangename reisgezel. De soepele en sterke motor stemt perfect overeen met de GT-geest die de look van de Bravo uitstraalt. Schakel de pook in zesde versnelling, laat het koppel betijen en je rijdt op het gemak, soepel, stil en relatief zuinig. Wanneer je voor een brutale aanpak kiest, voelt de Bravo zich minder in zijn sas door de weinig lineaire stuurbekrachtiging. Jammer, want het onderstel staat wel op niveau. Het is wel vrij hard afgeveerd om echt comfortabel te zijn.
De technische fiche van de benzineversie moesten we meermaals lezen, want de 140 paarden lijken hulp te krijgen van een bende jonge veulens die met krachtvoer gevoed werden, zo explosief zijn de prestaties. In de Sport-modus wordt het zelfs delicaat om het gas te doseren omdat de motor prompt reageert. Zowel bij lage als hoge toerentallen verheft de kleine MultiAir zijn hese stem en duwt hij onophoudelijk.
Goedkoop
De Bravo wordt vooral interessant in de hogere versies. Voor 24.200 euro biedt de 1.4 MultiAir niet alleen verrassende prestaties maar ook een complete uitrusting: een snelheidsregelaar, vier elektrische ruiten, automatische klimaatregeling met twee zones, een Blue&Me-systeem, regen- en lichtsensoren, ... Met de 2.0 MJet (163 pk) loopt de prijs op tot 26.000 euro. Zeer concurrentieel, gezien de prestaties en de uitrusting.
En aan de pomp? Reken op ongeveer 8 l/100 km voor de MultiAir, als je gebruik maakt van zijn potentieel. Trek er een liter af bij een normale rijstijl. Voor de diesel moet je rekenen op circa 7 l/100 km, als je geen ecorijstijl hanteert. Het start-stopsysteem is stil en trilt weinig, maar reageert vrij traag.