Kort overzicht
De Astra is meer dan de sympathieke vijfdeursberline van je buurman. Het is een apart gamma binnen het gamma, met niet minder dan vijf afgeleide modellen: de GTC (coupé met drie deuren), de berline met vijf deuren, de Sports Tourer (break) en, wat nieuw is, de Sports Sedan (sedan met vier deuren) en de OPC (de zeer sportieve versie). Ook qua motoren is alles mogelijk, van een braaf schaap tot een grommende wolf: de ecoFlex met 99 g CO2/km tot de OPC met 280 pk.
Design en uitrusting
Deze facelift gaat uiteraard gepaard met enkele kleine esthetische aanpassingen, maar niets buitengewoons. Vooral de voorkant verandert door een nieuw radiatorrooster en een hertekende luchtinlaat onderaan. Achteraan zien we nieuwe lichtblokken en een chroomstreep onderaan. In het interieur evolueert de harmonie van de kleuren voor een warmere sfeer.
Deze Opel is onder meer uitgerust met het Opel Eye van de tweede generatie, een systeem dat meer verkeersborden herkent en rijstroken. Een kleine nieuwigheid: de boordcomputer informeert je over de afstand tot de auto die voor je rijdt. Tot slot waarschuwt de Collision Alert bij gevaar en remt dit systeem, gekoppeld aan een actieve snelheidsregelaar (ook nieuw), de auto zelf af als een botsing onvermijdelijk lijkt.
Sports Sedan
De berline met vier deuren en gescheiden kofferruimte keert terug in het Astra-gamma. Er bestond ook zo’n versie van de vorige generatie, maar die hebben we op onze markt nooit gekend. Deze keer verandert Opel het geweer van schouder en richt het de Sports Sedan op alle landen in Europa, inclusief ons kleine koninkrijk. Opel verwacht dat deze koetswerkversie 15 procent van de totale Astra-verkoop zal uitmaken en vooral in Oost-Europa verkocht zal worden.
Onze indrukken: De lijn overtuigt moeiteloos. Je zou geloven dat de Astra van bij het begin getekend werd om op een elegante manier deze rugzak aan te trekken. Het is een mooie berline die zeker in de smaak zal vallen bij de liefhebbers van het genre, maar het is geen dynamisch ontwerp. Over de afwerking van de kofferruimte zijn we kritischer, die is slordig en de scharnieren van de koffer dringen sterk binnen. De ruimte achterin is middelmatig, de toegang zelfs een pijnpunt. Op de weg rijdt deze Astra even goed als zijn zusjes en dat is een compliment.
1.4 Turbo en ecoFlex
Laten we meteen beginnen met de versie die de grote meerderheid zal interesseren: de ecoFlex. De ‘groene’ variant van Opel belooft 99 g CO2/km en een gemiddeld verbruik van 3,7 l/100 km. De motor is de 1.7 CDTi met 110 of 130 pk.
Ook bij de benzinemotoren is er een nieuwigheid: de 1.4 turbo met 140 pk en 200 Nm (220 Nm in overboost). Een nieuwe krachtbron die eventueel ook op lpg rijdt.
Onze indrukken: Ondanks zijn ecologische roeping is de 1.7 CDTi een uitstekende metgezel. Hij is beschikbaar vanaf de laagste toerentallen en heeft een geruststellend bereik. We kunnen hem alleen een nogal ruw karakter verwijten.
De 1.4 turbo benzinemotor krijgt dezelfde lof … en kritiek. In dit geval klinkt het motorgeluid helemaal niet melodieus en doet het zelfs pijn aan de oren bij hoge toeren. De uitstekende automaat van onze testwagen werkte zacht en geleidelijk.
Biturbo
Ook dit is nieuw. Opel innoveert met een sportdiesel. De biturboversie van de 2.0 CDTi is gewapend met twee turboladers van verschillende grootte en levert 195 paarden en 400 Nm. Dat moet je natuurlijk zien aan de buitenkant. De voor- en achterbumper werden aangepast en de GTC-variant kan uitgerust worden met een panoramische voorruit.
Onze indrukken: Indrukwekkend is niet het juiste woord. Deze motor is zeker krachtig, maar schudt de auto niet door elkaar. Verbluffend is wel zijn capaciteit om bij de laagste toeren te hernemen en met de wijzer van de toerenteller te flirten met 4.500 tr/min. De sensaties zijn niet op de afspraak, maar als je even op de snelheidsmeter kijkt, blijkt toch dat er paarden in de stal staan. We probeerden de Sports Tourer, waarvan het onderstel volgzaam reed maar niet echt kleur toevoegde. Gewoon goed en zuiver.
OPC
OPC betekent eigenlijk zoveel als it rocks! De look heeft hier niets meer te zien met de brave berline van bompa. De Astra OPC wordt alleen aangeboden in de GTC-versie en ziet eruit alsof hij klaar is voor de oorlog. Gespierd en misschien een beetje te opzichtig. Onder de motorkap valt er ook niet te lachen dankzij de 2.0 turbobenzine met 280 pk en 400 Nm. Om alles goed over te brengen op het asfalt, is de HiPerStrut-voortrein uitgerust met een mechanisch zelfblokkerend differentieel. In het interieur bekennen de kuipzetels, het stuurwiel met kleinere diameter en de zwarte dakhemel kleur.
Onze indrukken: De OPC is een rijdende kernkop. Zijn motor duwt voortdurend en kalmeert pas rond 5.500 tr/min. De viriele duw gaat gepaard met een niet zo elegante maar opvallende klank: een diepe grom van de motor en een blazende turbo die een beetje klinkt als een haardroger.
Een sportieve auto is meer dan een motor. De voortrein verwerkt het vermogen zorgeloos en brengt de cavalerie vlot op het asfalt. Een mooie prestatie. De achterkant volgt mooi en komt eventueel los als je het uitlokt. Maar er ontbreekt toch iets om ons helemaal te overtuigen: de bediening is kunstmatig (zeker de feedback van de besturing) en de remmen ontberen ondanks hun Brembo-logo’s uithoudingsvermogen. De Renault Mégane RS behoudt op dat vlak een lengte voorsprong.