Over de elektrische auto spreken we al jaren. De interesse die hij opwekt, blijft exponentieel stijgen. We vergeten alles waar we gisteren van droomden (topprestaties van motoren met grote cilinderinhouden) en zijn ons meer bewust van de toekomst. Maar hoe zit dat eigenlijk in de praktijk?
Te duur, mijn beste!
Het is bekend, jammerlijk en ook heel menselijk dat het milieubewustzijn vaak bepaald wordt door de portefeuille. Is het groen en krijg je er premies voor, dan staat iedereen te springen. Premies zijn er ook voor elektrische wagens, maar die blijven zeer duur. De batterijen en de gebruikte spitstechnologie zijn de oorzaak. Bij Renault moet je bijvoorbeeld de batterijen huren voor een prijs tussen 75 en 100 euro per maand. Als je maandelijkse brandstofkosten minder hoog oplopen, is de rekening snel gemaakt. Natuurlijk kosten 'voltanken' en het onderhoud van een elektrische auto minder, maar je moet al veel kilometers rijden om de balans in het voordeel van de elektrische auto te doen kantelen. En veel rijden met een elektrische auto is niet vanzelfsprekend.
Een weekendje aan de zee?
Renault is de eerste om toe te geven dat de elektrische auto niet voor iedereen geschikt is. Woon je in de stad, heb je een garage en werk je dichtbij je woonplaats? Perfect, teken maar een aankoopbon. Rij je echter veel kilometers, weet je niet waar je de batterij kunt opladen en neem je vaak de autosnelweg, vergeet dan de elektrische auto.
Het grootste gebrek van een elektrische auto is de beperkte actieradius. Reken op 150 km in het beste geval, maar die autonomie smelt als sneeuw voor de zon op de autosnelweg. En dan houden we geen rekening met het gebruik van toebehoren (klimaatregeling, radio, lichten, ...) of de buitentemperatuur, die een belangrijke rol spelen. Kortom, voor een lang weekend bestaan er betere auto's.
Vooral ook omdat het herladen van de batterij minstens zes uur duurt. "Ja, maar de constructeurs voorzien laadstations die maar een halfuur nodig hebben", denk je misschien. Klopt, maar die verslijten de batterij sneller en kunnen niet zomaar thuis geïnstalleerd worden: dat kan je stroomnet niet aan.
Ecologie
"De auto zonder uitstoot", zo wordt de elektrische wagen vaak voorgesteld. Maar klopt dat wel? Ja en nee. Ja, want je kunt je neus onder de achterbumper steken zonder schadelijke gassen in te ademen. Een echte oplossing dus voor verplaatsingen in de stad, ideaal om de luchtkwaliteit te verbeteren.
Nee, want de elektrische auto moet natuurlijk gebouwd worden. Bouwen staat gelijk aan vervuilen, meer nog bij een elektrische auto dan bij een gewone auto (door de batterijen). En ook de elektriciteit moet geproduceerd worden. Geloof me, die stroom komt niet alleen van windmolenparken of zonnepanelen.
Welk gebruik?
Goed voor de prullenmand, de elektrische auto? Zeker niet! Hij biedt voordelen die niet te ontkennen vallen, maar alleen in bepaalde omstandigheden. Pakjesdiensten zoals bpost doen er goed aan zich te informeren over dit soort auto's, net als verhuurbedrijven in de stad. De stad is het uitverkoren terrein van elektrische auto's. De elektrische motor werkt erg soepel en trekt zich in alle situaties uit de slag. De stilte in het interieur is aangenaam en de autonomie volstaat. Elektrisch rijden in de stad is echt handig.
Alleen ontbreken nog enkele laadstations langs de openbare wegen. België heeft wat dat betreft een grote achterstand goed te maken op de buurlanden.
De beste dagen van de verbrandingsmotor
Ondanks alles, liggen voor de klassieke verbrandingsmotor nog mooie dagen in het verschiet. Dé oplossing van de toekomst is ongetwijfeld een combinatie van beiden: lange afstanden op de autosnelweg met een auto met verbrandingsmotor (en kleine cilinderinhoud) en korte trajecten in de stad met een elektrische wagen. Voor de trajecten tussen de twee in, is er nog altijd de hybride.