In een tijdperk waar wagens meer en meer rijhulpsystemen krijgen en je geld op je bankrekening niets meer opbrengt, kan de aankoop van een klassieke wagen een goede investering zijn. Je haalt echt plezier uit je centen en je investering stijgt in waarde. Redenen genoeg wat ons betreft, maar welke risico’s loop je nu met een Peugeot 205 GTI?

Evolutie
Hij werd in 1984 gelanceerd, maar daarna onderging de Peugeot 205 GTI een hele reeks evoluties: hij ontwikkelde eerst 105 pk, maar zijn 1.6 l benzinemotor zag zijn vermogen snel stijgen naar 115 pk. Op dat moment, in 1986, doet een straffere versie zijn intrede. Die had een 1.9 l onder de korte motorkap die 130 pk ontwikkelde (vanaf 1992 waren dat er nog 122 pk dankzij de toepassing van de katalysator). Ook de buitenkant evolueerde al die jaren. Zijn look werd steeds moderner en de uitrusting completer. Na 10 jaar trok Peugeot de stekker uit de 205 GTI. De productie stopte in 1994.

Prijs
De tijd dat je een 205 GTI op de kop kon tikken voor 2.500 euro is voorbij. Vandaag moet je rekening houden met een budget van minstens 3.000 euro voor… een solide basis die je kan restaureren. Voor een wagen die in goede staat verkeert en goed functioneert, dien je 8.000 euro neer te tellen. Bij de wagens die in showroomstaat verkeren, zie je het prijskaartje aantikken richting 12.000 euro en meer!

Onderhoud
Goed nieuws! De Peugeot 205 GTI is een betrouwbare wagen gebleken. Hij werd gebouwd in de jaren ’80 en dat betekende dat er gebruik werd gemaakt van solide mechanische onderdelen die hun degelijkheid al hadden bewezen. De toepassing van elektronica was bovendien nog beperkt. Kortom, een goede combinatie die je heel wat kilometers rijplezier oplevert. Hou echter wel rekening met het onderhoud dat de Fransman vraagt, want dat dien je veel frequenter uit te voeren dan op een hedendaagse wagen. Motorolie verversen doe je elke 10.000 km, terwijl de versnellingsbak elke 50.000 km nieuwe smering nodig heeft. De distributieriem vervang je elke 80.000 km en de rem- en koelvloeistof elke 2 jaar. Geen uitzonderlijke verrassingen dus voor een wagen van deze leeftijd.

Problemen?
De injectie, zeker op de eerste modellen, kan je al eens de nodige hoofdbrekens bezorgen. Sommige onderdelen zijn gevoelig aan slijtage of de injectoren duven snel verzadigd geraken bij stadsverkeer. De versnellingsbak is solide, maar de bediening ervan - meer bepaald de plastic ringen - durft al eens vroegtijdig het leven te laten. Hou er ook rekening mee dat de stugge vering het zwaar te verduren heeft op kasseistroken.

Ook de buitenkant dien je goed in de gaten te houden. Zelfs met de goede antiroestbehandeling van Peugeot, hebben de eerste modellen een grote kans om ten prooi te vallen aan roestvorming. Aan de andere kant mag je niet vergeten dat deze wagens minstens 21 jaar oud zijn. Daarnaast verouderd de voering van de stoelen snel en was de afwerking destijds niet erg goed.

Welk model?
Wat kies je? De 1.6 l of de 1.9 l. Beide modellen zijn erg interessant, maar veel hangt af van je persoonlijke rijstijl. Rij je met het mes tussen de tanden en laat je de toerenteller graag naar de rode zone klimmen? Dan is de 1.6 l met 115 pk jouw keuze. Als je de mogelijkheid hebt om te kiezen voor de zeldzame PTS-kit met 125 pk, niet twijfelen. Rij je eerder soepel door bochten en rij je vooral op koppel, dan opteer je beter voor de genereuze 1.9 l. Kwestie van persoonlijke smaak dus!