Het is geen verrassing dat de nieuwe A5 Sportback grosso modo de lijnen overneemt van de A5 Coupé, die wat strakker en gespierder zijn dan voordien. We vinden verder het veel plattere Single Frame-radiatorrooster terug, dat ook breder is en meer afloopt dan dat van de eerste A5. In vergelijking met de Coupé is de Sportback 7 centimeter langer en heeft hij een schuiner aflopende daklijn, zoals een A7 maar dan een maatje kleiner.

Om de binnenruimte achterin te verbeteren zijn de belangrijkste extra centimeters naar de wielbasis gegaan. Daardoor is de A5 Sportback een pak groter op het asfalt als we hem vergelijken met de Gran Coupé-versie van de BMW 4-Reeks. De Audi is namelijk exact 10 centimeter langer dan zijn rechtstreekse rivaal.

Afwerking, uitrusting: punt voor Audi

De 4-Reeks maakt zich klaar om een lichte esthetische opfrisbeurt te ondergaan. Het model dat ons ter beschikking was gesteld had nog het oude familiegezicht, maar binnenkort krijgt de 4-Reeks Gran Coupé een nieuwe blik, met hertekende bumpers en led-koplampen ter vervanging van de xenonpitten. Aan boord krijgt het nieuwe modeljaar als optie bovendien een multifunctioneel scherm om het traditionele analoge instrumentenbord te vervangen.

Toch is het overduidelijk: de Audi A5 Sportback heeft een moderner, meer technologisch en beter afgewerkt interieur. En omdat hij recenter is ontwikkeld, kan hij ook de best gevulde optiecatalogus bieden.

Comfort: punt voor Audi

In tegenstelling tot wat de tien extra centimeters van het koetswerk zouden laten vermoeden, is de Audi A5 Sportback niet zoveel ruimer of praktischer in het gebruik dan de BMW 4-Reeks Gran Coupé. Het koffervolume is trouwens identiek tot op de liter (480 liter). De grote kofferkleppen, allebei standaard elektrisch bediend, garanderen in beide gevallen ook dat inladen gemakkelijk verloopt.

De Audi biedt enkel een beetje meer beenruimte achterin dan de BMW. Maar je moet er al een meter bijhalen om dat echt te merken… We moeten daarentegen wel toegeven dat de instap naar de achterbank veel gemakkelijker is in de A5 Sportback. De achterbank van de BMW lijkt meer ingekapseld en vergt meer acrobatie om er te geraken of weg te gaan. Hoewel het wegcontact vooral afhangt van het type schokdempers en de banden die je kiest, lijkt de Audi doorgaans toch zachter. De A5 heeft bovendien ook de betere algemene geluiddemping.

Motor: gelijkspel

Op dieselvlak is de 2.0 TDI van Audi discreter en soepeler dan de tweeliterdiesel van BMW, die ruwer en luidruchtiger is. Maar die laatste herpakt zich met een sportievere lange adem. Maar hoewel ze bij ons misschien niet het leeuwendeel van de verkoop voor zich nemen, kozen wij toch voor de 2.0-turboviercilinders op benzine. De nieuwe 2.0 TFSI 252 pk van Audi verdient niets dan lof. De motor is explosief, soepel (370 Nm vanaf 1.600 o/m) en klinkt opwindend.

De 2.0-turboviercilinder van de 430i ontwikkelt exact hetzelfde vermogen maar net ietsje minder koppel (350 Nm). In werkelijkheid is hij echter niet minder genereus. Gelijkspel, dus!

Rijgedrag: punt voor BMW

Onderweg doet de A5 Sportback het helemaal niet slecht. Hij vertoont integendeel een behoorlijk indrukwekkende efficiëntie, een geruststellende stabiliteit en zelfs een onverwachte levendigheid wanneer je het in je hoofd haalt om hem te provoceren.

Maar we moeten erkennen dat de BMW 4-Reeks Gran Coupé met zijn achterwielaandrijving een superieur dynamisch rijplezier biedt. Goede punten ook voor de voortrein van de Beier, die een uitstekende feedback geeft. Het stuur is snedig en communicatief. Kortom, bij hem verveel je je niet aan het roer en je hebt echt de indruk dat je een coupé bestuurt.

Budget: punt voor BMW

De Audi A5 Sportback 2.0 TFSI 252 pk met voorwielaandrijving en de S-Tronicversnellingsbak met dubbele koppeling (7 versnellingen) kost 46.800 euro. Reken op 49.450 euro als je wil wegrijden met een Quattro-versie met vierwielaandrijving.

In tegenstelling tot de Audi, die op dit vermogensniveau niet met een manuele versnellingsbak verkrijgbaar is, laat de BMW 430i de keuze tussen de handgeschakelde zesbak (43.900 euro) en de Steptronic-8-trapsautomaat (46.190 euro). Ook hier kan je vierwielaandrijving krijgen. De prijs van deze xDrive-versie loopt op tot 48.600 euro. Kortom, a priori zitten onze twee rivalen qua prijs ongeveer op hetzelfde niveau. Maar de uitrusting van de BMW is minder gierig en de opties zijn vooral minder duur dan bij Audi…

Conclusie: gelijkspel

Het is moeilijk om een objectieve keuze te maken tussen deze twee vijfdeurscoupés. In beide gevallen geniet je de dynamische en stilistische voordelen van een coupé en de praktische eigenschappen van een vijfdeursberline. De Audi onderscheidt zich onmiskenbaar door zijn modernere uitrusting, het minder voorbijgestreefde design van zijn dashboard en de instap achterin. Maar de BMW riposteert met een plezieriger dynamisch rijgedrag en een (iets) minder elitair prijskaartje. Potentiële klanten zullen dus gewoon volgens hun eigen voorkeuren moeten kiezen…