Het is alweer twintig jaar geleden dat Renault de eerste Twingo lanceerde. Met zijn ‘monovolumevorm’, grappige uiterlijk, verschuifbare achterbank en panoramisch stoffen dak (optie) wist deze Fransman heel wat vrouwen te charmeren. Het werd een groot succes dat door steeds meer concurrenten navolging kreeg. Daardoor – en toch ook wel door een gebrek aan uitstraling – verloor de volgende generatie van de Twingo terrein. Met deze gloednieuwe Twingo lijkt Renault opnieuw te scoren.

Met dank aan Daimler trouwens, want het moederhuis van Mercedes en smart hielp mee met de ontwikkeling en gebruikt de Twingo-basis voor zijn nieuwe Smart-modellen. De Duitsers waakten ook over de kwaliteit. De samenwerking met smart verklaart waarom de nieuwe Twingo technisch radicaal anders is dan zijn voorganger: de motor verhuisde naar de achterkant en de aandrijving gebeurt voortaan op de achterwielen. Een zeer dure architectuur die zonder partner wellicht onbetaalbaar was geweest voor Renault.

Dappere driecilinder

Renault biedt twee motoren aan in de Twingo: de 1.0 SCe met 70 pk of de 0.9 TCe met 90 pk. De eerste is een atmosferisch blok, de tweede wordt opgejaagd door een turbolader. Beide krachtbronnen zijn op dit moment alleen verkrijgbaar met een handgeschakelde vijfversnellingsbak, maar een zestrapsautomaat met dubbele koppeling volgt in de loop van 2015.

Voor deze test kozen we de motor waarvoor het overgrote deel van de klanten zal kiezen: de SCe met 70 pk. We moeten toegeven dit driepittertje heel bescheiden presteert: 151 km/u topsnelheid, 0 tot 100 km/u in 16 seconden. Maar dat is ook niet zijn ambitie en deze motor komt perfect tot recht bij lagere snelheden door zijn gewillige en soepele karakter. De vijfversnellingsbak schakelt vlot, al is hij vrij lang gespreid. Je hoort wel dat het om een driecilinder gaat, maar de motor is goed gedempt in het interieur en klinkt best aangenaam. Alleen bij lange ritten op de snelweg wordt het wat vermoeiender.

Liever stad dan snelweg

Dat is sowieso niet het speelterrein van de Twingo. Bij hogere snelheden mist dit kleintje wat stabiliteit door de vage besturing. Onze testwagen had ook last van rol- en windgeluiden, die we toeschrijven aan de winterbanden en het stoffen panoramisch dak (een optie van 950 euro).

In de stad wordt het een heel ander verhaal. Hier komt de soepele driecilinder perfect tot zijn recht en ontdek je de grootste troef van deze Twingo: zijn wendbaarheid. Omdat er voorin geen motor moest ingebouwd worden, kunnen de voorwielen veel verder doordraaien. Dankzij de stuurhoek van 45 graden keert de Twingo op een zakdoek. Het gewicht van de auto is goed verdeeld tussen de voor- en achterkant (45/55) en de achterwielaandrijving verhoogt het rijplezier nog. We kunnen niet wachten op de sportievere RS-versie met meer paarden …

Renault verloor gelukkig het comfort niet uit het oog. De Twingo is redelijk hard en ‘op zijn Duits’ opgehangen (zeker voor wie de zachte Franse wagens gewoon is). Hij filtert oneffenheden wel goed weg.

Minder ruim

Met een lengte van 3,59 meter is de Twingo 10 cm korter dan zijn voorganger. Samen met de nieuwe architectuur van de aandrijving zorgt dit voor enkele beperkingen in het interieur. Voorin is het ruimteaanbod correct en zit je vrij hoog voor een goed zicht op de weg. De achterbank verschuiven om extra beenruimte te creëren zoals in de vorige Twingo’s, is echter niet meer mogelijk. De koffer werd kleiner en heeft een vrij hoge vloer waaronder de motor werd ingebouwd. Let dus op wanneer je met je ijsjes, diepvriesgroenten en pizza’s van de supermarkt komt …

Op enkele punten werd de Twingo wel praktischer. Dankzij de vijf deuren moet je geen acrobatische toeren meer uithalen om op de achterbank te zitten. Om lange voorwerpen te vervoeren is de neerklapbare rugleuning van de voorste passagierszetel zeer handig. Ook slim gevonden: een uitneembare stoffen tas als handschoenkastje en een uitneembaar opbergvak onderaan de middenconsole.

Minder slim vinden we de (goedkopere) klapvensters achterin en het gebrek aan een bruikbare toerenteller. Die is er wel, maar moet je gaan zoeken in het multimediasysteem. Qua infotainment zijn er trouwens twee mogelijkheden. Het R&Go-systeem koppelt je smartphone aan de auto voor functies zoals navigatie (gelukkig ook met offlinekaarten), telefoon en (jawel!) de toerenteller. Voor een aanvaardbare meerprijs van 700 euro heb je echter de geïntegreerde R-Link met aanraakscherm en extra diensten zoals de Coyote-radarverklikker (als je een abonnement neemt).

Prijs en uitrusting

Tijd om het prijskaartje even te bekijken. De goedkoopste Twingo heb je al voor 9.650 euro, dat is dan de 70 pk-versie zonder start-stopfunctie en zonder stuurbekrachtiging. Wil je de turboversie met 90 pk, dan ben je aangewezen op de duurste Intens-uitvoering en zit je meteen aan 13.450 euro. Algemeen kunnen we stellen dat de Twingo aantrekkelijk geprijsd is tegenover zijn concurrenten.

En het verbruik? Dat viel in de versie met 70 pk toch wat tegen. Officieel haalt deze SCe (met start-stopsysteem) een gemiddelde van 5 l/100 km, met onze rijstijl en voornamelijk op de snelweg werd dat 7,4 l/100 km. We hadden beter verwacht, maar het resultaat valt te verklaren door de piepjonge testwagen die mogelijk nog niet helemaal ingereden was. 

Conclusie

De nieuwe Twingo is superschattig! Hij overtuigt met zijn leuke snoet, wendbaarheid, weggedrag en prijs. De kleine driecilinder met 70 pk verbruikt te veel benzine en is zeker niet van de snelste, maar komt goed tot zijn recht in de stad, het ideale speelterrein van de nieuwe Twingo.