Tegen de stroom in
Skoda wil zijn imago van lowcostmerk oppoetsen: de nieuwe Octavia is helemaal geen ‘Golf met korting’, de Superb verdient eindelijk zijn naam en de toekomstige Fabia, verwacht voor het einde van dit jaar, zal dezelfde tendens volgen. Een vreemde ontdekking is deze Rapid, die een zo groot mogelijk publiek moet aanspreken maar steken laat vallen qua kwaliteitsindruk. Ook opmerkelijk: de breakversie Spaceback is … korter en minder ruim dan de berline. Waar gaat de wereld naartoe?
Het juiste perspectief
Deze Rapid Spaceback is dus geen ruime versie gericht op doe-het-zelvers, maar eerder een variant aangepast aan onze markt die houdt van tweevolumes en compactheid. Als fantasietje zorgt het glazen dak voor een tweekleurige look, wat het geheel een sympathiek uiterlijk geeft.
Alles hard
Elke vorm van fantasie verdwijnt echter in het interieur. De harde plastics zijn alomtegenwoordig en bewijzen dat Skoda met dit model niet echt chic wou doen. De aluminium inzetstukken zijn er alleen voor de look want er bestaat geen twijfel zodra je ze aanraakt: dit is kunststof. Kortom, de afwerking kan beter. Hoop evenmin op het geavanceerde multimediasysteem uit de Golf, de Rapid gebruikt nog de oude versie.
Goede maar kleurloze leerling
De Rapid Spaceback rijdt ‘smaakloos’. De Dunlop Sport Maxx-banden van ons testexemplaar verbeterden de nauwkeurigheid en grip maar slaagden er niet in om de ware aard van het chassis te verbergen: vrij lomp, met een grote voorkeur voor onderstuur en een kleine voor pompbewegingen. In tegenstelling tot de Octavia geniet de Rapid niet van het nieuwe MQB-platform van de VW-groep maar is hij samengesteld met ‘restjes’ uit eigen huis.
DSG met twee gezichten
De DSG-automaat is alleen beschikbaar met de TDI 90 en is meesterlijk snel en zacht. Maar niet bij lage snelheden, dan mist hij soepelheid en werkt hij niet echt harmonieus. De motor doet zijn werk zonder te zingen van plezier. Zijn temperament benadrukt ook de relatief beperkte vinnigheid.
Comfort
Hier maakt de Rapid heel wat goed. Ten eerste omdat hij verrassend ruim is voor een auto van 4,31 meter lang en ook dankzij de vergevingsgezinde ophanging. De koffer lijdt natuurlijk onder de beperkte afmetingen, maar blijft aanvaardbaar voor een vijfdeurs uit dit segment. De vlakke laadvloer, de dubbele bodem en talrijke snufjes die typisch zijn voor het merk, vergemakkelijken het dagelijkse leven.
Prijzen
Een lichte teleurstelling komt boven bij het lezen van de prijzen: terwijl de Rapid als product minder verzorgd is dan de andere modellen van het merk, is de reken vrij gepeperd. Een diesel kost nooit minder dan 18.590 euro. Gelukkig is de uitrusting redelijk en blijft het verbruik heel laag. We haalden een gemiddelde van 4,8 l/100 km op een parcours met afwisselend auto(snel)wegen en een beetje stadsverkeer. Een mooi resultaat, want we reden niet aan wandeltempo.
Conclusie
Vergeet het logo en de prestaties van de recente Octavia en Superb. De Rapid past niet binnen die stijgende lijn van het gamma. Laten we het onomwonden zeggen: zijn temperament en rijeigenschappen maken er niet de ideale auto van voor wie houdt van reizen. Hij profileert zich wel als een correct rijdende auto, comfortabel en zeer handig gezien zijn afmetingen.