Toyota lanceert deze zomer een verbeterde versie van de Prius die je aan het stopcontact kunt opladen. De Prius Plug-in heeft een grotere elektrische autonomie en stoot dus minder CO2 uit.

De Prius Plug-in werd enkele maanden geleden al voorgesteld, maar in de aanloop naar het salon van Genève heeft Toyota de definitieve details vrijgegeven. De Japanse ingenieurs zijn erin geslaagd om de milieuprestaties nog iets te verbeteren. Puur elektrisch geraakt de Prius Plug-in nu 25 km ver (2 km verder dan het prototype en maar liefst 23 km meer dan de gewone Prius). Korte ritten leg je dus zonder plaatselijke uitstoot af, daarna helpt de benzinemotor om de totale autonomie uit te breiden tot meer dan 1.200 km.

Lager verbruik, hogere prijs

Omdat hij langer op de elektromotor rijdt, daalt uiteraard het verbruik van de benzinemotor. Gemiddeld haalt de Prius Plug-in 2,1 l /100 km en 49 g/km, tegenover 3,9 l /100 km en 89 g/km in de gewone Prius. De koffer- en passagiersruimte blijven precies hetzelfde, al weegt de Prius Plug-in 25 kg meer. Zijn grootste nadeel is de meerprijs. Met een basisprijs van ongeveer 40.000 euro betaal je pakweg 11.000 euro meer dan voor een Prius die zijn batterij alleen al rijdend kan opladen.