Jean-Francois Christiaens

4 FEB 2019

10 tips voor wie medicatie neemt en met de auto wil rijden

Als je medicatie neemt, is het belangrijk dat je nagaat of er een invloed kan zijn op je rijcapaciteiten. Dat doe je uiteraard om veiligheidsredenen, maar ook om boetes van tot 16.000 euro te vermijden.

Nu ons land officieel door een griepepidemie wordt getroffen, waarschuwt verkeersveiligheidsinstituut Vias voor de gevolgen van bepaalde medicijnen op het stuurgedrag. Wist je bijvoorbeeld dat een siroop met codeïne dezelfde effecten kan hebben als wanneer je 0,5 tot 0,8 promille alcohol in het bloed hebt? Dat betekent dat het risico op een auto-ongeval toeneemt met een factor 2 tot 10.

Welke medicatie?

Medicijnen die een invloed kunnen hebben op het rijvermogen zijn vooral benzodiazepines (slaapmiddelen, kalmeerpillen en anti-epileptica), pijnstillers (aspirine, codeïne), antidepressiva, antipsychotica, oogdruppels en antihistaminica.

Verslaafde Belgen?

Meer dan 6 procent van de Belgen geeft toe minstens één keer per maand het stuur te nemen onder invloed van kalmeer- of slaapmiddelen. Dat komt het vaakst voor in Brussel (10 procent) en Wallonië (8 procent) en minder in Vlaanderen (5 procent), zo lezen we in de cijfers van Vias. Uit een Europese enquête in elf landen blijkt dat Belgen, na Fransen en Duitsers, volgens de eigen verklaringen het vaakst rijden onder invloed van medicatie die de waakzaamheid kan verminderen.

16.000 euro!

In tegenstelling tot voor alcohol en drugs bestaat er geen test waarmee politieagenten kunnen nagaan of iemand onder invloed van medicatie rijdt. Toch is ook het “rijden in een toestand vergelijkbaar met dronkenschap als gevolg van medicatie” strafbaar, met boetes van 1.600 tot 16.000 euro en een rijverbod van 1 maand tot 5 jaar of zelfs een definitieve intrekking van het rijbewijs, zo meldt het instituut Vias.

Gouden regels

Neem je medicatie en moet je toch de weg op? Volg dan heel getrouw de volgende 10 regels die Vias heeft gepubliceerd:

1. Lees aandachtig de bijsluiter, en vooral de onderdelen over de invloed op het stuurvermogen.

2. Gebruik nooit een medicijn dat je is aangeraden door een kennis. Wat goed kan zijn voor de ene is dat niet noodzakelijk voor de andere.

3. Vermijd alcohol, zelfs in bescheiden hoeveelheden. De ongewenste effecten ervan op het inschattingsvermogen en de concentratie worden nog versterkt.

4. Vermijd in de mate van het mogelijke om lange ritten te beginnen of ’s nachts te rijden.

5. Wees vooral heel aandachtig bij het begin van de behandeling, als je meer neemt dan de voorgeschreven dosis of als je meerdere medicijnen combineert.

6. Neem alleen de voorgeschreven hoeveelheid en respecteer het moment en de omstandigheden voor het nemen van de medicatie.

7. Aarzel bij twijfel over de nefeneffecten niet om raad te vragen aan je arts of apotheker. Wijs hen erop dat je met de auto rijdt.

8. Stop met rijden zodra je neveneffecten voelt (problemen om wakker te blijven of je te concentreren, duizeligheid, vertroebeld zicht enzovoort). Het kan gebeuren dat je je zelf niet bewust bent van deze signalen maar dat andere mensen ze wel opmerken en je erop wijzen. Luister naar hen.

9. Drink geen koffie tegen de neveneffecten, dat helpt niets.

10. Moet je voor het werk rijden (vrachtwagen- of busbestuurder,…)? Vertel dat dan aan je arts wanneer die je medicatie voorschrijft.
Advertentie
Advertentie
Advertentie