Bridgestone ken je ongetwijfeld als leverancier van autobanden, maar het Japanse bedrijf doet nog veel meer dan dat. Op het circuit van Zolder stelde het zichzelf en zijn activiteiten voor.

Anders dan de naam doet vermoeden, is Bridgestone niet Amerikaans maar Japans. Grondlegger Shojiro Ishibashi koos voor een Engelse afgeleide van zijn naam om de internationale ambities te benadrukken. Vandaag is Bridgestone actief in meer dan 150 landen. Het is de grootste fabrikant ter wereld van banden- en rubberproducten.

Eén op vijf auto’s

Autobanden zijn de belangrijkste activiteit: maar liefst één auto op vijf rijdt rond op het Japanse rubber. Naast de bekende Potenza- (sportief) en Turanza-reeksen (comfortabel) heeft Bridgestone nu ook zogeheten Ecopia-banden voor personenwagens. Die hebben een andere rubbersamenstelling en hogere bandenspanning om de rolweerstand en het verbruik te verminderen. Beter geschikt dus voor een ecologische rijstijl, al kun je in principe met elke band zuinig rijden en verbruikt zo’n Ecopia-band uiteindelijk maar vier procent minder.

De rubbergroep uit Tokio maakt ook landbouwbanden, die verkocht worden onder het label Firestone. Die moeten bruikbaar zijn met een veel lagere bandenspanning om de landbouwgronden niet te beschadigen en geschikt zijn voor veld én weg. De vrachtwagenbanden worden dan weer deels in België geproduceerd, meer bepaald in Lanklaar in Limburg.

Andere sectoren

Vliegtuigen, metrostellen en monorails, gocarts, scooters: zowat alles met wielen staat op Bridgestone-rubber. Maar er zijn ook minder voor de hand liggende toepassingen. Denk bijvoorbeeld aan dak- en isolatieproducten, havenstootkussens, transportbuizen of transportbanden. Ook de dam van het Nederlandse Ketelmeer werd gebouwd met Bridgestone-rubber. Tot slot vind je hun producten terug in de sportwereld: fietsen, golfballen en -uitrusting, tennisballen, surfplanken en zelfs boten.