Van 1968 tot 1987 produceerde Citroën de Méhari, een wagen die was afgeleid van de 2CV en die was uitgerust met een koetswerk van kunststof. De nieuwe Méhari die Citroën nu lanceert kreeg geen tweecilinder, maar wel Lithium-Metal-Polymeer batterijen en een elektrische motor. De nieuweling herneemt heel wat elementen van de Bollore Bluesummer, maar hij doet ook de geest van zijn voorganger alle eer aan. Kijk maar naar de vier zitplaatsen die zijn gebouwd in een verhoogd koetswerk uit kunststof.
Technische details
Wat prestaties betreft, moeten we toegeven dat we ondertussen al aan straffere cijfers zijn gewend geraakt. De batterijen van de Citroën hebben acht of dertien uur nodig om te herladen, afhankelijk of het herlaadpunt op 16 of 10 ampère werkt. Volgeladen geven ze een autonomie van 200 km in de stad en 100 km bij extra druk stadsverkeer. De topsnelheid is gelimiteerd op 110 km/u en dat is gezien zijn doelstellingen zeker voldoende.