We moeten toegeven dat de auto in kwestie een adembenemende geschiedenis heeft. Hij is bestuurd door de beste racers van zijn tijd, waaronder Juan-Manuel Fangio, Stirling Moss, Wolfgang von Trips en Peter Collins, want hij was de officiële auto van de Scuderia Ferrari tijdens de seizoenen van 1956 en 1957… Tijdens zijn lange carrière eindigde de 290 MM (chassisnummer 0628) onder meer op het podium tijdens de Mille Miglia en de 1000 kilometer van Buenos Aires, en in 1957 won hij de Nassau Trophy op de Bahamas met Stirling Moss aan het stuur.

Palmares zo dik als een telefoonboek

Van dit rijdende meersterwerk zijn slechts 4 exemplaren gebouwd, waarvan er nog maar 3 bestaan. Zijn geschiedenis is bovendien verbazingwekkend transparant, want de auto is dertig jaar lang in het bezit geweest van de familie van Luigi Chinetti, een Italiaans ondernemer en zelf ook geen onverdienstelijk coureur. De auto is bovendien gerestaureerd volgens de regels van de kunst door de fabriek zelf, die hem heeft teruggebracht naar zijn configuratie van de 12 uur van Sebring in 1957. De combinatie van dat alles maakt er een van de duurste auto’s ter wereld van.

Eerst een viercilinder

De auto startte zijn carrière met een dikke viercilinder in lijn, maar vanaf seizoen 1957 werd hij aangedreven door een V12 van 3,5 liter, die weliswaar veel muzikaler en woester was, maar ook minder koppel bood. Deze motor ligt tot op heden in de neus, wat ten dele het onvoorstelbare veilbedrag verklaart.