We reden met een prototype maar na de rit kunnen we gerust stellen dat deze schone Brit stevig gewapend het strijdperk van de BMW 3-reeks, Audi A4 en Mercedes C-Klasse betreedt. Hij wordt daarenboven erg interessant voor de markt van de bedrijfswagens…

De verwachtingen die Jaguar koestert voor de nieuwe XE zijn to-ren-hoog. Het merk wil verkooprecords breken met de nieuweling en zich als betrouwbare outsider positioneren tegenover het Duitse trio van hierboven. Vergeet dus de vorige, halfslachtige poging (de X-type). Jaguar trok alle registers open voor deze XE. Van motor en chassis, tot aan het multimediasysteem toe: alles is nieuw.

Licht

We nemen jullie even mee langs de XE. Die ziet er aan de buitenkant erg mooi gevormd uit met een uitgekiende combinatie van sportiviteit en elegantie. Het koetswerk is bovendien voor 75% opgetrokken uit aluminium. Jaguar streefde voor z’n berline een stijf maar licht chassis na en wilde het totaalgewicht van de dieseluitvoering onder de 1,5 ton houden. Het volledig uit aluminium opgetrokken platform is in de XE aan zijn eerste toepassing toe, maar het zal later ook gebruikt worden in de cross-over, de F-PACE.

Mechanisch

Jaguar liet zich niet verleiden om een voorwielaangedreven berline te maken. De XE kreeg achterwielaandrijving, net zoals de BMW 3-reeks en de Mercedes C-Klasse, met in de toekomst de mogelijkheid om te kiezen voor een vierwielaandrijving. De keuze voor de achterwielaandrijving zal voor een evenwichtig en dynamisch rijgedrag zorgen, al heeft het ook zo z’n gevolgen voor de ruimte achterin en de koffer. Meer daar over zo meteen…

Motoren

Onder de motorkap zien we geen Ford-diesels meer terug. Jaguar ontwikkelt en produceert nu zelf zijn dieselmotoren. Dat geeft in de XE een 2.0 turbodiesel met 163 pk of 180 pk (met respectievelijk 380 en 430 Nm). Bij de benzinemotoren krijg je de keuze uit een 2.0 viercilinder van 200 of 240 pk en een drieliter V6 met compressor van 340 pk voor de S-versie. Wat de versnellingsbak betreft is het plaatje eenvoudig: een automatische achtversnellingsbak voor iedereen en een manuele zesbak voor de diesel-rijders.

Achter het stuur

De XE wil een echte driver’s car zijn. Als bestuurder wordt je dan ook verwend. De overige passagiers hebben een pak minder ruimte. Degenen die achteraan plaatsnemen, zullen het vooral ter hoogte van de benen nogal krap hebben. Zowel het ontwerp als de keuze voor de aandrijving stonden boven de praktische aspecten van de XE. Hierdoor is er binnenin een duidelijk aanwezige middentunnel en is de koffer niet helemaal vlak. Voor wie achter het stuur zit, is er enkel goed nieuws want die profiteert van een prima zithouding, al kan die voor de grootsten onder ons wat aan de hoge kant zijn. Zoals het een goede Brit betaamt, is het interieur erg smaakvol en harmonieus ingericht.

Wat de afwerking betreft, houden we ons eindoordeel nog in beraad. De wagen waar we mee reden had af te rekenen met nogal wat rijgeluiden en het multimediasysteem verloor tijdens het navigeren ook meermaals het signaal.

Hels rijwielgedeelte

Jaguar beweert bij hoog en bij laag dat de XE een van de meest dynamische berlines in zijn segment is. En na deze eerste korte test, moeten we - met het hand op het hart - bekennen dat dat… waar is! Het rijwielgedeelte is sensationeel en leunt zeer dicht aan bij dat van de -  erg gewaardeerde - sportieve F-Type. Balans en evenwicht kenmerken het chassis dat aanzet tot dromen. Daarenboven krijgt ook de elektrisch aangedreven besturing ‘grote onderscheiding’: erg precies, nauwkeurig en met veel gevoel. De grote kunst zal vooral zijn om het comfort niet te erg in het gedrang te brengen, maar hoe dat zal uitdraaien, kunnen we maar op de productiewagens beoordelen. We zijn in elk geval erg onder de indruk. Britse dynamiet… euh dynamiek!

Een lawaaierige diesel. Een betoverende benzine

Van de 180 pk sterke diesel hadden we meer verwacht. Niet zozeer qua prestaties, want de vermogensafgifte is vlot en vloeiend, maar wel op het vlak van verfijning. Hij is meer dan duidelijk hoorbaar in het interieur en geeft bij het versnellen trillingen door die niet onder mat geveegd kunnen worden. Niet erg ‘Jag’… De fabrikant heeft er echter alle vertrouwen in en verzekert ons dat die minpunten bij de productiemodellen opgelost zullen zijn. De V6 benzine uit de S-versie weet dan weer wel over de hele lijn te imponeren, zowel naar - fantastische - sound als naar performance. Met deze V6 onder de kap imponeert de XE in al zijn glorie.

Prijzen

In België zal vooral de 163 pk sterke XE met manuele versnellingsbak het vaakst over de toonbank gaan. Prijzen beginnen aan 34.990 euro voor de Pure-versie en gaan tot 56.200 euro voor de S met 340 pk. Standaard is de XE voorzien van 17” velgen, duozone airco, touch scherm van 8 inch,… De talrijke opties drijven de prijs fiks de hoogte in, maar dat mag niet verbazen in het premium segment.

Wat verbruik betreft konden we zelf geen enkele meting doen, maar Jaguar belooft ons een gemiddeld verbruik van 3,8 l/100 km en een CO2-uitstoot van 99 gr/km. Sensationeel.

Conclusie

Het blijft moeilijk om een definitief oordeel te vellen op basis van een prototype. Maar dat de XE geboren is onder een goed, enthousiast en dynamisch gesternte staat buiten kijf. Voor wie opzoek is naar een sportieve berline met anderhalve ton aan charisma en wie weg wil blijven van het eeuwige Duitse trio is bij de XE aan het juiste adres. Er blijven nog een aantal dringende minpunten weg te werken vooraleer de wagen in finale productie gaat en dan kijken we voornamelijk naar het lawaai van de diesel. Hoe Jaguar het er van af brengt, vertellen we over enkele maanden!