51.155.000 euro voor een auto is uiteraard een waanzinnig bedrag. Dit maakt het zelfs de op één na duurste auto ooit verkocht! En toch lijkt het erop dat de koper een buitenkans heeft gekregen. Hier zijn 5 redenen waarom deze wagen voor een veel hogere prijs had kunnen worden verkocht!

Advertentie
Advertentie

Een korte geschiedenis van de Mercedes W196

Van verslagen naar overheersend: terwijl Duitsland in 1945 nog grotendeels in puin ligt, zou het minder dan tien jaar duren voordat het opnieuw de autosport domineert. In 1954 keert Mercedes terug op het hoogste niveau met de W196, een revolutionaire Formule 1-wagen met geavanceerde technologie: een 8-in-lijn motor, directe injectie, een krukas op lagers, desmodromische klepbediening en hoogontwikkelde ophangingen. Met zijn 290 pk en een zekere Fangio achter het stuur domineerde deze wagen de seizoenen 1954 en 1955. Na de ramp op Le Mans in 1955 – het dodelijkste ongeval in de autosportgeschiedenis met 82 slachtoffers – besloot het Duitse merk zich echter eind dat jaar terug te trekken uit de competitie.

Advertentie
Advertentie

1. Een spectaculair precedent

Op 5 mei 2022 werd tijdens een geheime veiling in het Mercedes-museum in Stuttgart een Mercedes 300 SLR verkocht voor maar liefst 135 miljoen euro! Deze SLR coupé, gebaseerd op de techniek van de W196, heeft onmiskenbaar een prachtige lijn, maar heeft nooit geracet. Dit gebrek aan racehistorie wordt gecompenseerd door de extreem beperkte productie: slechts twee exemplaren. Vergeleken met deze technisch gelijkaardige wagen zonder palmares in de competitie, lijkt de W196 R "Stromlinienrennwagen" dus een koopje, aangezien hij slechts een fractie van die prijs heeft opgebracht!

2. Een echte zeldzaamheid

Het klinkt misschien vreemd, maar Mercedes koos er destijds voor om zijn Formule 1-wagen met twee verschillende carrosserieën uit te rusten, afhankelijk van het circuit: met open wielen voor bochtige en trage circuits, en met een gestroomlijnde koets (de "Stromlinienwagen") voor snellere circuits. Van deze gestroomlijnde variant werden slechts vier exemplaren gebouwd! Dat maakt hem… 9 keer zeldzamer dan een Ferrari 250 GTO, een model dat toch aan vergelijkbare bedragen wordt verkocht! In totaal werden er slechts 14 van deze "Zilveren Pijlen" geproduceerd, waarvan er 10 nog bestaan.

3. Mercedes wil ze niet verkopen!

In tegenstelling tot andere constructeurs verkocht Mercedes zijn racewagens niet na het einde van een seizoen. De meeste W196-modellen zijn dus nog steeds eigendom van het merk! De enige uitzonderingen zijn exemplaren die aan musea werden geschonken, waaronder dit specifieke model (chassisnummer 00009/54), dat in 1965 werd overgedragen aan het Indianapolis Motor Speedway Museum. Behalve de eerder genoemde 300 SLR heeft Mercedes nooit een van deze auto's verkocht, en het is onwaarschijnlijk dat ze dat ooit nog zullen doen. Dat betekent dat een W196 op een veiling, zeker in een zo unieke configuratie, een bijna unieke kans is in een mensenleven! Ter vergelijking: in 2013 verkocht veilinghuis Bonhams een andere W196 (met open wielen) uit een museumcollectie voor bijna 30 miljoen euro. Ook een koopje!

4. Ex-Fangio

Winnaar van de Grand Prix van Buenos Aires in 1955 in de handen van Juan-Manuel Fangio. Snelste ronde in de Grand Prix van Italië 1955 met Stirling Moss achter het stuur. Dit exemplaar heeft een indrukwekkend palmares, en zijn authenticiteit staat volledig buiten kijf!

Advertentie
Advertentie

5. Technologie op maat

In de jaren 50 was het verschil tussen straatauto’s en racewagens veel kleiner dan vandaag. Zo werden de Jaguar C-Type en D-Type, die de 24 Uur van Le Mans wonnen, aangedreven door dezelfde XK-motor als Jaguars luxesedans! Bij de meeste constructeurs was dit standaardpraktijk. Maar niet bij Mercedes: afgezien van de beroemde vleugeldeuren die later op de 300 SL zouden verschijnen, deelden deze racewagens niets met de straatauto’s! En die machtige 8-in-lijn motor produceert een van de meest duivelse geluiden ooit!

Advertentie
Advertentie