Dit is de ultieme 911. Door één turbo (of zelfs meerdere) op de 911 te vijzen, is Porsche er altijd in geslaagd om Ferrari, Lamborghini en andere supercars van antwoord te dienen. De geschiedenis lijkt zich te herhalen, want de nieuwe generatie (type 991) profiteert eindelijk van drukvoeding. Dat belooft!

Meer dan 500 pk

De bekende zescilinder boxermotor met 3,8 liter inhoud levert dankzij drukvoeding 520 of zelfs 560 pk in de Turbo S-variant. De prestaties zijn buitengewoon: 3,1 seconden van 0 tot 100 km/u en een topsnelheid van 319 km/u. Het verbruik blijft heel redelijk: 9,7 l/100 km. Porsche biedt nog maar één versnellingsbak aan: de PDK-automaat met dubbele koppeling en zeven versnellingen. Nostalgici huilen misschien om de afwezigheid van een manuele bak, maar zullen verheugd zijn over het gehuil van de mechaniek, dat in het interieur versterkt wordt door de Sound-Symposer.

Aangepaste transmissie en achterwielsturing

De grootste verschillen zitten in het onderstel met achterwielsturing. Tot 50 km/u draaien de achterwielen tegenovergesteld aan de voorwielen. Boven 80 km/u sturen de achterwielen mee in de richting van de voorwielen. Net als bij de vorige generatie gebeurt de transmissie op de vier wielen. Maar nu wordt alles elektronisch beheerd en met water gekoeld. Porsche voegt ook het PDCC-systeem toe, die rolbewegingen actief tegengaat. Tot slot kunnen de voor- en achterspoiler in verschillende hoeken geplaatst worden.

De 911 Turbo en Turbo S worden eind september 2013 gecommercialiseerd voor respectievelijk 166.012 euro en 199.771 euro.