De ongelukkig getekende NC750X kreeg voor 2016 een kleine facelift om er aantrekkelijker uit te zien. De Honda-designers leverden goed werk af. De NC750X doet geen stijltoegevingen zoals Yamaha met zijn Tracer 700 of Kawasaki met de Versys 650, die een motorleek op het eerste gezicht moeilijk uit elkaar kan houden.

De lijnen werden dus doordacht hertekend, met een zeven centimeter groter windscherm, zijdelingse inserts uit aluminium die contrasteren met de koetswerkkleur (vermijd het donkere antraciet van onze testmotor, dat een wat treurige aanblik gaf), de lichtoptiek en het achterlicht met full-led-technologie. Het instrumentenpaneel is nieuw maar ziet er nauwelijks anders uit dan dat van zijn voorganger. Het krijgt enkele extra kleuren en aanvullende informatie, en de afstelling van de vork werd gefinetuned. Belangrijker: de DCT-transmissie krijgt drie nieuwe niveaus in “S”-modus en de software werd opnieuw geprogrammeerd voor meer efficiëntie en respons. De NC beantwoordt voortaan ook aan de Euro4-normen en krijgt een kortere uitlaat. Die werd op onze machine vervangen door de onvermijdelijke Akrapovic uit de accessoirecatalogus.

Atypisch

De NC750X valt op door zijn veelzijdigheid, die grotendeels te wijten is aan zijn originele ontwerp. De tweecilinder leunt naar voren en heeft een atypisch karakter, met royaal veel koppel in lage toeren en een rode zone die al bij 6.250 tpm begint. De Honda werd dus geoptimaliseerd voor een beperkt verbruik en stelt zich tevreden met een kleine brandstoftank onder het zadel. Het “valse” reservoir wordt daardoor een opbergvak van meer dan twintig liter. Genoeg voor een gemiddelde integraalhelm zonder aerodynamische onderdelen. De afdekkap heeft fixatiepunten voor een eventuele extra tas. De NC is met zijn 230 kilogram niet bepaald licht, maar heeft een bijzonder laag zwaartepunt.

De gerobotiseerde versnellingsbak met dubbele koppeling beschikt over een Normal- en een Sport-modus. Die laatste bevat drie selecteerbare niveaus met genereuzere toerentallen afhankelijk van de acceleratie, en die indien nodig terugschakelen. Het geselecteerde niveau blijft bewaard wanneer je van Normal naar Sport gaat. Dankzij andere ingrepen is het systeem responsiever geworden.

Manueel of automatisch

In de manuele modus kan je met de peddels aan het stuur doorheen de versnellingen. In automatische modus, in Normal of Sport, kan je nog steeds zelf ingrijpen om op de motor te remmen, krachtiger te hernemen of het toerental te verlagen. Wie al met een versnellingsbak met dubbele koppeling in een auto reed, vindt hier hetzelfde gebruiksgemak terug.

En we moeten zeggen dat het aardig werkt. De puristen zullen hun opmerkingen hebben, maar de combinatie van de versnellingsbak met deze motor is bijzonder geslaagd. De tweecilinder reageert meteen in lage toeren, duwt aardig door en schakelt op het juiste moment. De motor heeft de voorkeur voor lage toeren, en nodigt uit tot een ontspannen rijstijl.

Ontspanning

Ontspannen wil niet zeggen dat de Honda niet efficiënt is: de NC gaat aardig vooruit zonder de stenen uit de grond te trekken. Uiterst geschikt voor de snelweg, waar zijn concurrenten 1.000 of 2.000 toeren hoger draaien. Op deze motor herkennen we wat van het temperament van dieselauto’s, die lage toeren met royaal koppel combineren. Het lijkt wat twijfelachtig in het begin en onaanvaardbaar voor anderen, maar het is een beleving die je moet leren kennen. Een rustige kracht waaraan je makkelijk toegeeft. De submenu’s van de Sport-modus konden ons niet overtuigen: we hadden liever drie vastomlijnde modi gezien, zoals Eco, Normal en Sport.

Het weggedrag is ook eerder efficiënt dan opzwepend. Met de NC kan je snel gaan, maar veel fun brengt het niet met zich mee. De ophanging is stevig, maar de Honda kan zijn gewicht niet van zich afschudden. De 230 kilogram zijn aanwezig, al maskeert zijn laag zwaartepunt dat bij manoeuvres tegen lage snelheden. De stevige ophanging knibbelt aan het comfort door zijn droge reacties, en het zadel voelt op de lange duur hard aan. De remmen zijn efficiënt maar missen wat beet. Die van de vorige generatie leken ons meer te overtuigen…

Veelzijdig

De Honda toont zich aangenaam veelzijdig. Met zijn automaat is de stad zijn speelterrein. Hij kan snelwegen afmalen bij 4.000 tpm en kan een aardig eindje mee op de weg. De motor is ook uiterst geschikt voor twee, met voldoende ruimte voor de passagier en een versnellingsbak die de schakelmomenten afvlakt, waardoor je helmen niet tegen elkaar botsen. Met een topcase en enkele koffers ben je zo met z’n tweeën weg.

De NC750X toont zijn kwaliteiten in het gebruik. Hij is niet spectaculair of uitgesproken plezierig, maar verveelt ook niet. Maar hij heeft wel iets dat de rest niet heeft: hij brengt je tot rust. Je rijdt zonder je op te winden of bang te maken. Je geniet van de weg en je omgeving, en dat is een andere manier van motorrijden.