Gewoonlijk mag een automodel rekenen op een levenscyclus van 6 jaar, met in het midden een facelift om de interesse weer op te wekken. De kleine Toyota Aygo, een tweelingzusje van de Citroën C1 en Peugeot 107, kreeg in 2008 een facelift. Drie jaar later zou je dus een volledig nieuw model verwachten. Maar neen, er staat voor de tweede keer een facelift op het programma.
Dynamisch
Dankzij deze facelift ziet de kleine Aygo er voortaan uit als een echte Toyota en niet meer als een kloon van de Citroën C1 en Peugeot 107. De kleine spruit ging onder het mes voor een schoonheidsoperatie en kreeg het gezicht van de Yaris. Helemaal in lijn met het nieuwe Toyota-design met andere woorden. Concreet betekent dat meer dynamische lijnen en als extraatje led-dagrijverlichting (in optie).
Natuurlijk verandert de kleine Japanner niet helemaal, maar de ingenieurs benadrukken dat de stroomlijn en de stroomlijn van de motor verbeterden. In ieder geval verdient de Aygo een pluim voor zijn verhouding afmetingen/ruimte.
Betere kwaliteit
Het grootste verwijt aan de drieling betreft de povere afwerkingskwaliteit van het interieur. Dat is ook de technici ter ore gekomen, die voor het modeljaar 2012 een herzien interieur met nieuwe afwerking beloven, opgeleukt met een stuurwiel en versnellingspook in leder. Overigens beschikken de versies met automatische versnellingsbak nu ook over schakelpaletten achter het stuur.
Qua uitrusting geniet de Aygo voortaan van een audiosysteem met vier luidsprekers en Bluetooth- en USB-verbinding. Voor wie geen schrik heeft om op te vallen, is er de lanceringsversie Vibrant Metallic Orange Launch Edition.
Ecologisch
Het nieuwe model moest groener zijn dan het vorige, dat is onvermijdelijk. De Aygo stond al bekend om zijn zuinigheid en verbetert ze verder met een ecoversie die op banden met lage rolweerstand staat en 99 g CO2/km uitstoot. Onder de motorkap vinden we de aloude, knetterende 1.0 driecilinder.
De voor- en achterophanging werden herzien voor meer comfort, stabiliteit en wendbaarheid. Dat moeten we natuurlijk eens nagaan achter het stuur. Tot slot werkten de ingenieurs aan de demping van geluid en trillingen.