Een ritje aan boord van de 7-Reeks en S-Klasse leert dat deze technologische limousines duidelijk sneller evolueren dan de grote massa. Maar dat betekent niet dat ze zich minder hoeven te houden aan de steeds strengere uitstootnormen.

Bovendien sporen boekhouders hun klanten steeds meer aan om voor plug-inhybrides te kiezen, die dankzij hun CO2-cijfers, die artificieel laag zijn, stevige fiscale voordelen genieten. Rijden met een limousine waarvan de kosten tot 90% (S500e L) of zelfs 100% (740 Le) kunnen worden ingebracht, is fiscaal natuurlijk bijzonder interessant.

Afwerking en uitrusting: punt voor BMW

Met zijn elektronische gadgets die uit een Bond car lijken te komen, neemt de BMW 7-Reeks een kleine voorsprong op zijn rivaal. De BMW heeft bijvoorbeeld een “smart key” met touchscreen, waarmee je bepaalde parameters van de auto op afstand kunt beheren (het interieur voorverwarmen wanneer de auto oplaadt bijvoorbeeld). Beter nog: deze moderne sleutel laat je zelfs toe om de auto van buitenaf enkele meters te besturen om in een smalle parkeerplaats of garage te rijden. Dat heeft deze S-Klasse (nog) niet.

Achteraan trekt de Samsung-tablet de aandacht die speciaal voor de 7-Reeks werd ontwikkeld. Naast de klassieke tabletfuncties zoals internet, e-mail en foto’s, kan de achterpassagier de radio bedienen, de klimaatregeling, de zonnewering sluiten en zelfs de zetelmassage inschakelen. Een ander gadget van BMW: je kunt met gebaren de radio aanpassen, een telefoon opnemen of het volume verhogen. Alsof je een vlieg wegslaat.

De S-Klasse lijkt in vergelijking veel klassieker. Om van al die opties gebruik te maken, moet je in de Mercedes nog klassiek teruggrijpen naar verschillende bedieningsknoppen in het interieur. Een efficiënte oplossing, maar uiteraard minder spectaculair.

Comfort: punt voor Mercedes

De 7-Reeks krijgt voortaan luchtvering op beide assen (voordien alleen op de achteras). Hij bereikt dus de referentie in comfort, de Mercedes E-Klasse. De limousine met de ster lijkt echter net iets beter de onregelmatigheden te filteren. Aan boord lijkt de S-Klasse een vliegend tapijt. In beide gevallen is de geluiddemping opmerkelijk. Maar wanneer de verbrandingsmotor aanspringt, bijvoorbeeld bij het hernemen, is de melodie van de S-Klasse iets vriendelijker voor het oor. Maar daar komen we meteen op terug.

Moeten we het eigenlijk vermelden? In beide gevallen is de ruimte voor de achterpassagiers “voldoende”, zeker in de lange versies uit onze test. Praktisch zijn de batterijen in de koffer van de BMW iets beter geïntegreerd dan in die van de Mercedes.

Motor: punt voor Mercedes

Zelfs met een “hybride”-label heeft de Mercedes een 3.0 V6 turbobenzine met 333 pk en 480 Nm. Het blok wordt ondersteund door een elektromotor in het carter van de zeventrapsautomaat. Die ontwikkelt 115 pk en 340 Nm. Het gecombineerde vermogen: 442 pk en 650 Nm. Ruim voldoende…

De BMW 740 Le stelt zich dan weer tevreden met een meer bescheiden verbrandingsmotor. Hij maakt namelijk gebruik van een kleine 2.0 viercilinder turbo. De moderne motor produceert desondanks 258 pk en 400 Nm. De elektromotor, die ook hier in het carter van de achttrapsautomaat huist, produceert 113 pk en 250 Nm. In totaal beschikt de BMW dus over iets minder gecombineerd vermogen dan de Mercedes: 326 pk en 500 Nm. De V6 van de Mercedes is romiger en melodieuzer dan de motor van de BMW.

Weggedrag: punt voor BMW

De 7-Reeks neemt voorsprong door zijn lichtere ontwerp, onder meer dankzij zijn structuur uit met koolstofvezel versterkt plastic en aluminium. Daardoor zet hij gelijkaardige prestaties neer aan die van d Mercedes, ondanks het mindere vermogen. Het gewichtsverschil tussen de twee lange versies van deze plug-inhybrides bedraagt 200 kilogram (2.015 tegenover 2.215 kilogram). Op papier zijn ze aan elkaar gewaagd, met een tijd van 0-100 km/u in 5,2 seconden (Mercedes) en 5,4 seconden (BMW), en in beide gevallen een tot 250 km/u elektronisch begrensde topsnelheid.

Dynamisch overklast de BMW de Mercedes lichtjes. De S-Klasse kan zeker ook dynamisch uit de hoek komen, maar bewaart steeds zijn neiging om te gaan “zweven” over de weg. Ook in de 100% elektrische modus (een twintigtal kilometer voor de BMW en zo’n vijftien kilometer voor de Mercedes) is de 7-Reeks aangenamer. Bij acceleraties of manoeuvres aan lage snelheden vertoont de S500e L soms schokken in de transmissie.

Prijs: punt voor BMW

Omdat deze plug-inhybrides vooral fiscaal interessant zijn, dankzij hun (artificieel) lage CO2-cijfers, is de BMW hier in het voordeel dankzij de zuinigheid van zijn viercilinder, zijn lagere gewicht en zijn grotere batterijcapaciteit (9,2 kWh tegenover 8,7 kWh voor de S-Klasse). De twee lange versies geven respectievelijk 45 g (BMW) en 65 g (Mercedes) CO2/100 km op.

Besluit: winst voor BMW

Met een ontspannen rijstijl en wanneer je zo vaak mogelijk herlaadt, is een “reëel” verbruik van om en bij de 9 l/100 km in beide gevallen mogelijk (en zelfs iets minder voor de BMW). Voor zulke rijdende paleizen, die desgewenst als sportwagens kunnen sprinten en fiscaal voordelig blijven, is dat zeker niet slecht. Technologisch en fiscaal is de BMW de meest geslaagde van de twee. Maar qua rijcomfort blijft de Mercedes S-Klasse vooral met zijn V6-benzine de referentie. En aangezien het merk met de ster bij de volgende facelift het technologiehoofdstuk ook stevig zal updaten, met misschien zelfs het herladen van de batterijen via inductie, zal de strijd opnieuw spannend worden.