Nog altijd knap

Hoewel de Alfa 159 niet meer de jongste van het segment is, trekt hij nog altijd de aandacht. Het nieuwe 1750-logo herinnert aan de tijd dat de Giulia schitterde op alle fronten. Wij gingen op stap met de versie TI. Die ligt 20 mm lager en kreeg onder meer 19-duimsvelgen, drempelverbreders en een chromen uitlaat. Op het eerste gezicht is Alfa’s Cuore Sportivo dus weer van de partij.

Sportieve sfeer

Die indruk wordt voortgezet in het interieur, waar leder van erg goede kwaliteit een sportieve en elegante sfeer opwekt. De zwarte dakhemel en het beige leder gaan wonderwel samen. Eén ding is zeker: de Italianen kunnen een klasse-interieur ontwerpen. De kleine instrumenten in cursief en de aluminium pedalen ronden het geheel perfect af. Toch herinneren sommige details aan de leeftijd van de 159. Zo stamt het lettertype van het navigatiescherm uit een ander tijdperk, is de rijpositie te hoog voor grote bestuurders en zit je achteraan niet echt ruim.

Il bialbero!

Met zijn cilinderinhoud verwijst de nieuwe viercilinder naar het verleden, maar hij zit propvol moderne techniek: drukvoeding, directe benzine-injectie en variabele klepopening. Uit 1.742 cc puren de technici 200 pk tussen 4.700 en 5.500 toeren per minuut. Het comfortabele koppel van 320 Nm is beschikbaar tussen 1.400 en 4.000 toeren per minuut. Dat ziet er allemaal goed uit, ook de topsnelheid van 235 km/u. Tijd om het eens uit te proberen.

Te discreet?

Een druk op de startknop en… er gebeurt bijna niets. Van een Alfa verwacht je een lyrisch motorgeluid, een cavalerie die de Scala van Milaan wil veroveren en uit volle borst wil zingen. Maar niets van dit alles, de motor blijft stil. Zelfs als je terugschakelt en tussengas geeft, blijft het geluid discreet, om niet te zeggen banaal. De geluiddemping gaat er met grote stappen op vooruit, maar het karakter verdwijnt.

Soepel

In stadsverkeer zul je zeker de soepelheid van de motor appreciëren. Hij herneemt vanuit de laagste toeren en zelfs dan trekt het koppel krachtig door. Veel meer dan één versnelling hoef je in de stad niet te gebruiken.
Zodra je op een vrije baan even in de toeren wilt klimmen, volgt een ontgoocheling. De motor voelt mak en verstikt aan en van 5.000 tot 6.500 toeren per minuur duurt een eeuwigheid. Bovendien reageert de motor niet snel genoeg, een minpuntje dat we bij heel wat turbomotoren tegenkomen. Van een Alfa verwacht je meer karakter, meer ziel.

De manuele zesbak is dan weer perfect. Hij schakelt stevig, precies en met korte slagen. Het verbruik? Het is moeilijk om minder dan 9,5 l/100 km te verbruiken. Een gemiddelde van 10,5 l/100 km is realistisch en zeker niet uitzonderlijk.

Precies

Het weggedrag staat gelukkig wel op een hoog niveau. De voortrein stuurt scherp en precies en verteert het vermogen zonder morren of gripverlies. De stuurinrichting is uit hetzelfde hout gesneden en verdient alle lof. Net als de remmen trouwens en dat is wel eens anders geweest.

De 19-duimsvelgen creëren een agressieve look, maar verstoren de stabiliteit bij hoge snelheid op de autosnelweg. Bovendien verminderen de brede banden het rijcomfort van de sowieso al harde ophanging. Toch kun je de 159 niet oncomfortabel noemen. Nog een nuttige tip: let op voor borduurtjes.

Conclusie

Jammer genoeg dekt de vlag de lading hier niet. Van de 159 verwacht je sportiviteit, levendigheid en een krachtig motorgeluid. In de plaats krijg je een berline met de nodige allure, maar die rijdt als een “diesel op benzine”. het is eerder een knap ogende auto met en benzinemotor met de kwaliteiten van een diesel. Je kunt dan ook beter kiezen voor de 1.9 JTDm 150 of de oude 2.4 JTD vijfcilinder. Diesels, dat klopt, maar de eerste is koppelrijk en zuinig en de tweede muzikaal en krachtig. En dat voor een Alfa...