Eigenlijk moet je een beetje gek zijn om in dit miezerige weertje met de glimlach aan Bentley de sleutels te vragen van de Continental Supersports. 630 pk en 800 Nm koppel op een gladde ondergrond zorgen niet bepaald voor gemoedsrust. Gelukkig was de zon die ochtend van de partij en twijfelden we geen moment toen we de sleutels in handen kregen.

Brits-Duits

Door een gelukkig toeval stond onze Supersports geparkeerd naast een Continental GT Speed, tot de komst van de Supersports de sportiefste van de bende. We gingen dan ook meteen op zoek naar de zeven verschillen. De Supersports is immers geen nieuw model, maar de ultieme variant van de Continental GT.
Even ter herinnering: de Continental deelt zijn onderstel en de motor met de Volkswagen Phaeton. Maar we moeten toegeven dat de Brit een grote voorsprong heeft genomen op de Duitse limousine. De Bentley Supersports is niet het resultaat van een marktstudie, maar het gevolg van de brainstorming van vier ingenieurs. Die wilden de GT wat lichter maken en zo de prestaties verbeteren. Dit persoonlijke project liep een beetje uit de hand.

Vorm volgt functie

Alle esthetische veranderingen van de Supersports hebben een functie. Zo stroomt er tien procent meer koellucht door de grote openingen van het radiatorrooster, terwijl de warme lucht uit het motorcompartiment ontsnapt via kieuwen op de motorkap. Achteraan bedekken de brede vleugels het 5 cm bredere spoor. Je kunt ook niet naast de 20-duimsvelgen met tien spaken kijken. Daaronder verbergen zich grote koolstof-keramische remschijven. De diameter van de uitlaten werd tot slot vier centimeter groter.

Strikte tweezitter

We vertelden al dat de ingenieurs aan het hoofd van dit project de auto zo licht mogelijk hebben gemaakt. En dat merk je zodra je de deur opent. De twee achterzetels zijn verdwenen en overal in het interieur vind je onderdelen uit koolstofvezel terug. Zo werd de basis van de stoel uit het edele materiaal vervaardigd en maakt het hout op de centrale console plaats voor de kunststof.
Bovendien zijn de stoelen niet meer elektrisch regelbaar. Verschuiven doe je manueel en de hoogte wordt in de garage vastgelegd. Het lijkt eigenaardig, maar eigenaars van dit soort auto’s vertrouwen hun kleinood zelden toe aan iemand anders.

Alle maatregelen samen besparen goed 110 kg op de weegschaal tegenover de GT Speed. Leeg weegt dit beest toch nog altijd 2.240 kg. Ondanks zijn racy looks verzaakt de Supersports niet aan luxe. Zo sluiten de deuren en de koffer nog altijd met elektrische motoren, zijn de stoelen verwarmd en krijgt hij een erg compleet multimediasysteem mee. Kortom, alles is er. Ook vierwielaandrijving, een actieve ophanging en de imposante W12-motor.

W12

Nu we het toch over de motor hebben: het gaat om een W12 biturbo. Door met de drukvoeding te spelen haalt de 6-liter een vermogen van 630 pk, het hoogste vermogen in de negentigjarige geschiedenis van het merk. Starten doe je met een drukknop. Meteen wordt duidelijk dat deze Supersports geen doorsnee Bentley is. Het zachte, fluweelachtige geroffel van weleer maakt plaats voor een gerommel dat meteen de ambities van deze bolide illustreert. De automaat met zes versnellingen wordt bediend via schakellepels aan het stuur, die niet meedraaien met het stuur.

Katapult

Van bij de eerste meters valt het alomtegenwoordige koppel op. Bij 1.700 toeren per minuut staat al 800 Nm paraat en die is beschikbaar over bijna heel het toerentalbereik. De auto reageert dan ook als een katapult op elke beweging van het rechterpedaal.

Als we onze hoofdstad verlaten, zoeken we de kleine wegjes op en start het spel met de schakellepels. Tot mijn grote verbazing werkt het systeem erg snel en wordt terugschakelen begeleidt door een dot tussengas waarvan de haren op je rug rechtkomen.

De vierwielaandrijving versluist tot zestig procent van het motorvermogen naar de achterwielen, wat het onderstuur in bochten en tijdens uitaccelereren vermindert. Op een speels weggedrag hoef je niet te rekenen, of je zou het ESP moeten uitschakelen. Dat komt veel te snel tussenbeide en smoort elke sportieve ambitie in de kiem.

Toch mogen we niet vergeten dat we onderweg zijn met een mastodont van meer dan 2,2 ton. Tijdens de spurt van 0 naar 100 km/u in amper 4 seconden of aan de topsnelheid van 329 km/u merk je dat niet. Maar een sportief weggedrag mag je niet verwachten, daarvoor mist hij agiliteit. De eerste remmanoeuvres maken meteen duidelijk dat ondanks de knowhow van de Britten de wetten van de fysica voor iedereen hetzelfde zijn.