De historische thuishaven van het bedrijf is Filton (Verenigd Koninkrijk), niet ver van Bristol. De eerste Bristols werden aangedreven door motoren van BMW (zoals de 328 uit 1937). Het Britse bedrijf verwierf vanaf 1946 een licentie op het gebruik van de Duitse motor, ter compensatie voor bewezen diensten tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Bristol is altijd een kleine autobouwer geweest, die maar honderd auto’s per jaar fabriceerde. Het bedrijf ging in 2011 failliet maar werd snel opgekocht door Kamkorp, dat langzaam maar zeker investeert in een wedergeboorte van het merk. Vandaag wordt die toekomst wat tastbaarder, vooral met het project Pinnacle, een auto die ook aangedreven wordt door een BMW-motor. Het model wordt eind dit jaar onthuld ter gelegenheid van de zeventigste verjaardag van het merk. De Pinnacle wordt zeldzaam, duur, krachtig en groen.