Je moet elektrisch rijden, dat is de toekomst! Dat zal wel. Als je je smartphone niet elke avond oplaadt, heb je een probleem. Je moet al geluk hebben om op je laptop een film te kunnen bekijken tot aan de aftiteling. En men wil ons doen geloven dat een elektrische wagen even praktisch is als een led-zaklamp? Laat me niet lachen.

Niet één van die elektrische pareltjes is in staat om meer dan 150 km te rijden met één laadbeurt, behalve misschien de Tesla, gebaseerd op een Lotus Elise. Er bestaan praktischere auto’s. Als tweede auto misschien, voor korte afstanden. Maar een huishouden in de stad dat een beetje verstandig beheerd wordt, zal zijn tweede auto snel inruilen voor een kleine 125cc-scooter. Die technologische meesterwerken op vier wielen zijn immers duur. Zeer duur zelfs: een Citroën C-Zéro kost 35.836 euro. Heb jij zin om meer dan 35.000 euro op tafel te leggen voor een auto die op een Tata Nano lijkt?

En spreek me niet over ecologisch bewustzijn. Auto’s die we om de vier jaar vervangen en die hun leven beëindigen in Afrika vervuilen meer dan een auto die we twintig jaar houden. Zelfs al verbruikt die meer, dan nog zal de totale ecologische kost minder catastrofaal zijn dan drie of vier nieuwe auto’s. De batterijen, die zeer vervuilend zijn om te produceren en moeilijk gerecycleerd kunnen worden, putten de reserves van de edelmetalen uit.

Men wil ons meer elektriciteit doen verbruiken, maar je moet weten dat, als het deze winter te koud wordt, we stroomonderbrekingen riskeren. Er wordt immers niet genoeg stroom geproduceerd om te voldoen aan onze steeds grotere noden. Ga je gang, bereid je voor om elektrisch te rijden. Maar wees niet verbaasd dat de kerncentrales blijven bestaan. Heb je de situatie in Japan gezien? Leuk, die kerncentrales …