De Zweden hebben hoge verwachtingen van deze V60. Zijn voorganger viel naar eigen zeggen wat te klein uit om de vergelijking met de concurrenten van de drie Duitse premiumconstructeurs goed te doorstaan. Nu haast Volvo zich nu om te zeggen dat de nieuwe V60 amper 5 centimeter kleiner is dan de V70 van weleer.
Volvo-klanten die de opvolger van de V70, de V90, dan weer ineens te groot vonden, kunnen nu terecht bij deze nieuwe V60. Daarmee mikt Volvo in ons land op de top 5 in het segment, en aast het merk op een plaats die vorig jaar was voorbehouden voor de Skoda Octavia, Mercedes C-Klasse, Audi A4, BMW 3-Reeks en VW Passat.
Made in Belgium… of toch deels
Het cijfer ‘60’ bij Volvo betekent dat deze nieuwe break op het SPA-platform staat, dat natuurlijk niet alleen de XC60 gebruikt, maar ook de grotere V90, S90 en XC90. Daardoor gebruikt de V60 de motoren en technologie van die modellen, maar daarover meteen meer. Behalve de naam van het platform (“SPA”) is er nog een Belgisch kantje aan deze V60: hij wordt ook in de fabriek in Gent gebouwd. Tenminste tijdelijk, om de productie-opstart voor de fabriek in Zweden makkelijker te maken.
Het nieuwe platform zorgt voor een groeispurt voor deze Zweed: de V60 is 4,76 meter lang, 1,85 meter breed en 1,43 meter hoog. Grote winnaar is niet alleen de interieurruimte, maar ook de koffer: bedroeg die in de voorganger 430 liter, dan is die nu toegenomen tot 529 liter. Daarmee doet hij beter dan het Duitse drietal: 490 liter voor de Mercedes C-Klasse Break, 495 liter voor de BMW 3-Reeks en 505 liter voor de Audi A4 Avant. De Zweed moet eigenlijk alleen de Skoda Octavia Combi en Superb Combi laten voorgaan, met respectievelijk 610 en 660 liter. Desgewenst gaat de klep elektrisch open en de achterbank elektrisch neer. Handig.
Bekend terrein
Geen grote verrassingen als je deze V60 voor het eerst ziet staan: hij oogt meteen vertrouwd, als een kleinere V90. Maar waarom zou Volvo ook? De Zweden zijn dankzij hun nieuwe producten aan een mooie remonte bezig, en de nieuwe Volvo’s vallen in de smaak bij het grote publiek. Een minimalistisch design, rechtopstaand radiatorrooster en slanke led-lichten aan de buitenkant, gecombineerd met een rust uitstralend interieur dus.
Binnenin zie je centraal op het dashboard opnieuw het verticale infotainmentscherm, krijg je een digitaal instrumentenpaneel voor je neus geschoven en uitstekend zittende zetels onder je achterwerk. Een vertrouwde omgeving dus, wat betekent dat de V60 zowel subjectief als objectief goede punten scoort: qua sfeer, afwerkingskwaliteit en ergonomie sluit hij mooi aan bij de rest van de nieuwe Volvo-familie.
Startpakket
Volvo trapt het motoraanbod bij ons af met twee benzinemotoren en twee dieselmotoren. De zelfontbrander is in de V60 dus nog steeds aanwezig – in tegenstelling tot de aankomende S60 – en is volgens de Volvo-importeur nog steeds belangrijk voor onder meer de fleetmarkt, hoewel de V60 ook een evolutie richting benzine en hybride vertoont.
Het dieselaanbod begint bij de D3, een 150 pk sterke tweeliter viercilinder, die gekoppeld kan worden aan een manuele versnellingsbak of achttrapsautomaat, en voor- of vierwielaangedreven is. Hetzelfde verhaal voor de D4, dezelfde tweeliter maar dan 190 pk sterk is. Benzinemotoren zijn er voorlopig alleen in de vorm van een T5, eveneens een tweeliter van 250 pk en gekoppeld aan een achttrapsautomaat en voorwielaandrijving, en de T6. Die is 310 pk sterk, krijgt dezelfde achttraps maar drijft de vier wielen aan. Andere benzinemotoren zijn er voorlopig nog niet maar komen er wel, al wou Volvo dat niet met zoveel woorden bevestigen. Eind dit jaar volgen er nog twee hybrides: de T6 Twin Engine en T8 Twin Engine.
Testbank
Volvo reed voor deze eerste testrit twee motorversies voor: de T6 en D4. De benzineversie is 310 pk en 400 Nm sterk, accelereert in 5,8 seconden naar 100 km/u en gaat door tot 250 km/u. Alleen… voelt hij nooit echt zo snel aan. De viercilinder klinkt onaangenaam onder vollast, de automaat wordt van de wijs gebracht door sportievere gascommando’s. Bij een ontspannen rijstijl komt de T6 dan weer helemaal tot zijn recht.
Geen echte sportieveling dus, en dat is de 190 pk en 400 Nm sterke D4 evenmin: hij legt cijfers van 7,9 seconden voor naar 100 km/u en een topsnelheid van 220 km/u. Ook hier laat de automaat zich niet van zijn meest alerte kant zien, maar de zelfontbrander legt wel meer enthousiasme voor de dag. Bovendien is hij meer dan keurig gedempt wanneer je kilometers afmaalt.
Wel stuurt de V60 opvallend snediger dan de V90. Een bewuste keuze van Volvo, en een die zijn vruchten afwerpt. Het weggedrag blijft wel te allen tijde veilig, en verliest het comfort niet uit het oog. Niet toevallig twee Zweedse stokpaardjes. Wie wil, kan kiezen voor adaptieve dempers, een 12 millimeter lagere sportophanging of velgen tot 20 duim, al beknibbel je met de grootste velgmaten wel wat op het rijcomfort.
Stokpaardje
Nog even over dat bekende Volvo-stokpaardje: veiligheid. Standaard voorziet de V60 rijstrookassistentie en enkele hulpmiddelen die je allerlei aanrijdingen helpen te vermijden, net als een vermoeidheids- en verkeersbordherkenning. De optionele Pilot Assist, dat de Volvo semi-zelfstandig op snelwegen laat rijden, werd verbeterd: het houdt meer rekening met navigatiedata om de reacties in bochten natuurlijker te maken. Een systeem dat in de praktijk vloeiend werkt.
Prijskaartje
De Volvo V60 staat in de catalogus vanaf € 34.950 voor de handgeschakelde D3. De prijzen bij de dieselmotoren lopen op tot € 43.650 voor de vierwielaangedreven D4 met automaat. De benzineprijzen liggen iets hoger: € 43.300 voor de T5, € 47.450 voor de T6 AWD. Dat komt niet alleen door de krachtigere motoren, maar ook doordat de benzines meteen in de “Momentum”-uitvoering beginnen, en niet in de basisuitvoering “V60”. De hybrides krijgen tot slot ook al een prijskaartje mee: de T6 Twin Engine betaal je € 54.750, de T8 Twin Engine kost je € 58.000.
Besluit
De Volvo V60 is een logische en voorspelbare nieuwkomer in het Volvo-gamma. Dat is allerminst negatief, want dat nieuwe gamma kan de Volvo-klant wel appreciëren. Een stijlvolle, ruime break dus, die met zijn vanafprijzen net onder de premiumconcurrenten blijft. Het benzineaanbod blijft voorlopig beperkt, de automaat blijft voor verbetering vatbaar. Maar als dat de enige minpunten zijn, dan is deze Zweed met glans geslaagd.