Theoretisch examen
Je moet nog steeds minstens 17 jaar oud zijn om voor dit examen te slagen en minstens 41 op 50 halen. Elk fout antwoord kost je 1 punt tenzij – en dat is nieuw – het een zware fout is: die kosten 5 punten. Een zware fout is bijvoorbeeld de toegelaten snelheid overschrijden of een overtreding van de derde of vierde graad begaan: door het rode licht rijden, een doorlopende witte lijn overschrijden,…
Vanaf 1 juli 2018 moet je aangeven welke opleiding je wil volgen voor je je voorlopige rijbewijs krijgt. Bij de vrije rijopleiding moet je met je begeleider een opleiding van 3 uur volgen in een rijschool voor het voorlopige rijbewijs wordt uitgereikt.
Praktijkexamen
Er zijn drie opleidingen mogelijk: de vrije (met een of meerdere begeleiders, zonder rijschool), de rijschoolopleiding (met een oefenperiode waarbij je alleen rijdt) en de directe toegang, zonder oefenperiode.
Vrije opleiding
Je moet minstens 18 jaar zijn en hebt een oefenperiode van minstens 3 maanden (maximum 36 maanden). Je moet met je begeleider op voorhand een opleiding volgen in een rijschool. Tijdens je oefenperiode moet je minstens 1.500 kilometer hebben afgelegd en slagen voor een risicoperceptietest. Bij die computertest moet je gevarenzones aangeven in courante verkeerssituaties. Als je enkele voorwaarden naleeft (een oefenperiode van enkele maanden, een risicoperceptietest en een geschiktheidscertificaat) mag je ook zonder begeleider rijden.
Rijschoolopleiding
Hier verandert er zo goed als niets. Alleen de risicoperceptietest en het geschiktheidscertificaat van het examencentrum als je slaagt voor de test en 20 uren aan de rijschool hebt gevolgd.
Directe toegang
Dit is mogelijk vanaf 1 juli 2018. Je kunt het praktijkexamen afleggen zonder op voorhand een rijopleiding te hebben gevolgd. Je moet wel voldoen aan enkele voorwaarden: 25 jaar oud zijn en 30 uren rijschool hebben gevolgd, met een attest van het geslaagde theoretisch examen en de risicoperceptietest.