Nog altijd mooi

De Jaguar XF is een vertrouwd beeld op onze wegen. Zijn gestrekte en sportieve design blijft behagen. Het imago van Jaguar is duidelijk verjongd en de auto richt zich niet meer alleen op mannen die in hun jonge jaren nog met de E-Type gereden hebben. De XF kreeg een kleine opfrisbeurt, met vooral onder de motorkap diepgravende aanpassingen. De XF mag zich zonder complexen naast naast de krachtigste Duitse berlines scharen.

Nobele afkomst

In zijn tijd was de Mk2 de uitgelezen auto om snel en ver te reizen met de hele familie. Zijn fabuleuze XK-zescilinder stamde uit de autosport en leverde een onverwacht hoog vermogen voor een berline: 220 pk.
De V8-motor van de XFR levert meer dan het dubbele: 500 pk en een gigantisch koppel van 625 Nm. Hij vervangt de XF SV8 met 420 pk onder de kap en legt de lat van de prestaties nog wat hoger: in 4,9 seconden spurt hij van 0 tot 100 km/u en de topsnelheid werd gelimiteerd op 250 km/u.

Sfeer van sports saloon

Het interieur is volledig bekleed met leder en er is geen spoor van hout, dat jarenlang de sfeer bepaalde in Engelse wagens. Leder, Alcantara en geborsteld aluminium kwamen in de plaats. Een eerder sobere combinatie in onze testwagen, maar wel met een zekere sportieve elegantie. Achterin valt de ruimte tegen, terwijl ook de koffer niet van de grootste is. Maar eigenlijk zijn dat details. Wat telt, is de schitterende sfeer.

Diepe grom

De startknop klopt nog altijd op het ritme van het hart. Mijn hartslag gaat flink de hoogte in, tijd om de achtcilinder tot leven te wekken. De motor ontwaakt met een diep maar gedempt geroffel. Met de hendel van de automaat in D rijden we zachtjes weg.

Op voorwaarde dat je jouw rechtervoet kunt beheersen, rijdt de XFR net zo zacht en stil als een limousine uit een hoger segment. Maar als je hem een bochtig wegje voor de wielen schuift, ontwaakt de Jaguar en spant hij zijn spieren op. Het motorgeluid zwelt aan tot een stevige brul. Als wordt het nooit overdreven, de XFR blijft tenslotte een luxeberline. Het gevoel van kracht is overweldigend. De V8 duwt stevig in de rug en elke acceleratie bezorgt je kippenvel. Inhaalmanoeuvres zijn niet meer dan een formaliteit.

Droomversnellingsbak

De ZF-automaat met zes verhoudingen is perfect aangepast aan de schitterende motor. Hij schakelt zacht en snel. Zowel in de modus normaal, sport als manueel lijkt het alsof je met een versnellingsbak met dubbele koppeling op weg bent. Kers op de taart is de dot tussengas als je terugschakelt. Zo word je een meester in het betere tip-hielwerk.

Comfort, sport… of beiden?

Maar het échte meesterstuk is toch het compromis van de ophanging. Dit is de perfecte symbiose tussen sport en comfort. De ophanging reageert nooit droog of hard en toch worden koetswerkbewegingen schitterend in toom gehouden. Ook de trekkracht komt nooit in het gedrang. De remmen wekken vertrouwen met een goede bijtkracht en uithouding. Hetzelfde gevoel ervaren we bij de stuurinrichting, die erg natuurlijk aanvoelt.

Voetjes op de grond

92.000 euro is een, op zijn zachtst gezegd, stevige basisprijs. Maar de XFR blijft 20.000 euro goedkoper dan de Mercedes E63 AMG. Het stopt natuurlijk niet bij de aankoopprijs. Onderschat de onderhoudskost van een dergelijke wagen niet: taksen, verzekering, banden en verbruik slokken een aanzienlijk budget op. Een roofdier is nu eenmaal hongerig.