De 61ste editie van de Total 24 Hours of Spa gingen op een bijna droge piste van start. Alle 39 deelnemers stonden met slicks klaar om de dubbele toer rond de klok aan te vangen

Tijdens de kwalificaties konden de Corvette’s zich niet naar behoren tonen, maar van bij de start maakten ze duidelijk dat er met hen rekening moest gehouden worden. Na vier ronden reed de Maserati van poleman Alex Müller aan de leiding, maar wat later moest hij die aan Andrea Bertolini afstaan. Die moest op zijn beurt op Combes Enrique Bernoldi en zijn Corvette Sangari team Brazil laten voorgaan. Net achter de voormalige F1 piloot maakte een ontketende Oliver Gavin met zijn SRT Corvette, de Maserati's het leven moeilijk en even later wist hij de tweede plaats te veroveren. Na enkele observatierondjes opende hij de aanval op Bernoldi en nam de Brit aan de "bus stop" de leiding over. Gavin diepte zijn voorsprong steeds verder uit en ook een kleine regenbui omstreeks 16u40 kon daar geen verandering in brengen.
Na de eerste pitstops had Gavin, die een dubbele stint reed, 25” voorsprong op de Maserati van Bertolini. De Corvette n°8 van Bernoldi, de Maserati n°2 van Lamy, de Corvette n°4 van Hezemans en de Maserati n°33 van Pier Guidi bleven netjes in het zog van de leider. Even later ontbond Hezemans zijn duivels en na twee geslaagde inhaalmanoeuvres nam hij de derde plaats in.

 

Opschudding kort na de tweede pitstops, toen de Braziliaan Roberto Streit, die net Bernoldi had vervangen, bovenaan de Raidillon hard van de piste ging. De groen gele Corvette was total loss, maar de piloot kwam er met de schrik van af. “Het was mijn fout” liet Streit weten. “Ik ging wat te snel en heb de controle over de wagen verloren, en ben daarna in de muur banden terecht gekomen. Het spijt me …”

Gedurende 24 minuten kwam de safety car de piste op. Bij de herstart maakte Longin, die net Gavin had vervangen, duidelijk dat de SRT Corvette veruit de sterkste was. Maar net voor 19u00 brak een zwaar onweer los. Vele piloten gingen op hun slicks onvermijdelijk in de fout. Zo ook Jacques Villeneuve, die op Blanchimont uit de bocht ging. De Mosler werd meteen tot opgave gedwongen en de safety car mocht weer de piste op.

Alle piloten maakten van deze neutralisatie gebruik om regenbanden over te monteren. Op een doorweekt circuit lagen de kaarten plots heel anders. Op een droge piste moest Maserati duidelijk de wet van Corvette ondergaan, maar op een natte piste werden ze plots erg doeltreffend. Sarazin en Lemeret gingen Longin en Kumpen voorbij en omstreeks 20u00 lag het n°1 aan de leiding, met tien seconden voorsprong op de 33. In deze omstandigheden moesten de Corvette’s het onderspit delven. Kumpen was derde op 16”, en Longin viel zelfs tot de vijfde plek terug, net achter de Maserati van Ramos, nochtans geen regenspecialist.

Op twee ronden van de vijf leiders lag de officiële Nissan van Krimm-Turner-Davidson op de zesde plaats. Het begin van de race werd hij gedomineerd door de Ford GT van Leinders in de officiële GT1 2010 setup, maar door een probleem met de motor en de versnellingsbak op de Amerikaan kon de Nissan die zesde plaats innemen. Bij het Marc VDS team was er echter geen sprake van opgave. De wedstrijd uitrijden was immers de doelstelling en het team verving dan ook de motor.

Zoals verwacht werd na de kwalificaties, had de Audi R8 LMS dadelijk een goed ritme te pakken en rond 20u00 reed hij op een zevende plaats algemeen. Hiermee ging hij de eerste GT2’s onder leiding van de Porsche van Long-Pilet-Narac vooraf. De 997 Imsa Performance Matmuts stond stevig aan de leiding in zijn categorie, voor de Ferrari AF Corse van Kaffer-Cadei-Russo-Barba Lopez en Vilander-Bruni-Melo-Perez Companc. De Porsche Prospeed van Collard-Westbrook-O’ Young-Edwards volgde op drie ronden van de leiders.

In de G3 categorie reed de Porsche Prospeed van Lanik-Loix-Paltalla-Slingerland aan de leiding, tot rond 20u00 een technisch probleem roet in het eten kwam gooien. De Ford Matech van Mutsch-Martin-Hennerici-Wyss nam daarna opnieuw de leiding over.

De BMW Alpina B6 van Armand Fumal, Petit, Hummel en Paillard moest al snel de strijd staken door een beginnende brand, net zoals de Ferrari GT2 F 430 n° 78 van BMS Scuderia Italia en de 95 van Pecom Racing.
Net voor de nacht leek de strijd nog helemaal niet beslist. En niemand die durfde te voorspellen wie de strijd Maserati-Corvette zou beslissen...