Nee, Rolls is al lang geen oubollig merk meer. De door BMW opgekochte Britse autobouwer werkt al enkele jaren aan een veel jonger imago. De gemiddelde leeftijd van een Rolls-Royce-eigenaar is intussen zelfs al gedaald naar amper 42 jaar, met dank aan de nieuwe economie en de daaruit ontstane jonge miljardairs. Die willen niet allemaal op de achterbank meerijden, maar zelf aan het stuur zitten, zelfs in de sneeuw. Dat gingen wij dus uitproberen...


Heel duur speelgoed

Oslo. De thermometer wijst -5 °C aan en de drie huidige modellen van het gamma staan te wachten in de parkeergarage. We treffen er de “kleine” Cullinan SUV (5,34 m, € 339.405), de “compacte” Ghost (5,55 m of zelfs 7,72 m in “Extended”-uitvoering, respectievelijk € 309.155 en € 346.665) en de majestueuze, recent nog opgefriste Phantom (5,76 m of 5,98 m voor de “Extended”; € 476.740 of € 567.490). Eerste opdracht: die mooie verzameling de garage uitrijden zonder krassen te maken. Zou nogal misstaan...

Met een V12 naar elektro-land...

Het is nog even wachten op de elektrische Spectre coupé en onze modellen hier drinken alleen maar Super 98. De 6.75 liter grote V12 biturbo benzinemotor (met een ver BMW-verleden) levert 571 pk of zelfs 600 pk in de BlackBadge-versies. Ook op een paar gram CO2 kijkt hij niet: de minimale officiële uitstoot haalt 350 g/km. In Noorwegen, waar de elektrische auto regeert, is het pure provocatie.

Vliegend tapijt

Geen rode loper bij onze Rolls-Royces, maar een dik wit sneeuwtapijt dat de hele weg bedekt. Op elk van de auto's bieden de elektrische deuren (in “suïcide”-opstelling achteraan) toegang tot een heel andere wereld. Passagiers nemen plaats in imposante zetels, terwijl hun voeten wegzinken in dik tapijt. Het sublieme interieur is bekleed met een twintigtal koeienhuiden en een half bos aan edel hout. Dubbele beglazing isoleert alles van de buitenwereld, en de ophanging met luchtkussens filtert alle oneffenheden helemaal weg. Een echte cocon op wielen.

Ijzige stilte

Bij het wegrijden lijkt het echt alsof we in een elektrische auto zijn gestapt: geen enkel geluid, geen enkele trilling laat zich opmerken. En toch draait de V12 onophoudelijk, zonder enige elektrische bijstand en zonder ook maar één cilinder uit te schakelen aan de stoplichten. Maar honderd kilogram isolatiemateriaal slaagt erin de motor volledig onhoorbaar te maken. Rolgeluiden zijn er ook al amper, en zelfs de beweging van de ruitenwissers op de voorruit is (zo goed als) onhoorbaar. Verbluffend!

De sneeuw in

Vanuit Oslo zetten we koers richting het Westen. Na 250 km tekenen de Scandinavische Alpen het landschap. Hier en daar voelt de weg wat smal aan voor onze ruim twee meter brede koetswerken, maar verder laten de Rolls zich makkelijk rijden. De stuurinrichting werkt licht maar consistent en de remmen blijken doeltreffend. Zelfs op besneeuwde wegen ontbreekt het ons nooit aan grip. Zelfs niet met “Hare Majesteit” de Phantom die nog een pure achterwielaandrijver is (hier uitgerust met winterbanden, zonder spijkers), terwijl de Ghost en Cullinan allebei op vierwielaandrijving beroep kunnen doen.



Het gewicht (meer dan 2,5 ton) is altijd goed verdeeld en dat maakt deze auto's efficiënt en evenwichtig. Bij statig rijden op de (altijd streng gecontroleerde) Noorse wegen slikten onze Rolls gemiddeld 13 l benzine per 100 km. Dat cijfer zou al snel verdubbelen...

Glijdende Rolls

We rijden richting Gol waar we onze mastodonten een bevroren meer op sturen. Vanop de oever zien we wat barsten en horen we het ijs kraken. De organisatoren stellen ons gerust: “Het ijs is meer dan 40 centimeter dik”. Geen probleem dan, toch? “Wel, gezien het gewicht van jullie auto's, parkeer je ze toch best op 8 meter van elkaar om het ijs niet te zwaar te belasten”. In ons hoofd spelen op slag scènes uit Titanic...


Slalom in de Phantom

Alles begint met een voorzichtige slalom in de Phantom. Nerveus worden blijkt niet nodig: het moeilijkste is nog het wachten tot de voortrein zich wel degelijk richting kegeltje richt. Eens dat gebeurd is, volstaat een klein stootje gas om de achtertrein te laten uitbreken. Dankzij de lengte van de auto gebeurt dat heel progressief en blijkt het heel makkelijk in de hand te houden. De TCS tractiecontrole kan uit, maar de ESC stabiliteitscontrole niet. Eens de achterwielen te ver uitbreken, brengt de elektronica ons terug op het rechte pad. De drifts worden zo heel stijlvol en beheerst, maar echt opwindend zijn ze niet.

Ghost zonder teugels

Bij de Ghost kunnen wel alle elektronische teugels gevierd worden. Dan houdt niks hem nog tegen, op onze beide handen na. We vertrekken voor een rondje zonder enige hulpmiddelen en met, ook hier, bijzonder weinig grip. Ook hier blijkt het allerbelangrijkste om de neus goed in te sturen. Zo niet wil alles rechtdoor en op dit ijs valt daar, gezien de enorme afmetingen van de auto en het gebrek aan spijkerbanden, nagenoeg niets meer aan te redden. Stuur je wel goed in, dan volstaat een korte stoot gas om het astronomische koppel (850 tot 900 Nm naargelang de versie) de achterkant te doen uitbreken, dankzij de vierwielaandrijving die de achterwielen voorrang geeft. Vanaf dan kijk je uit het zijraam en controleer je de drift met je rechtervoet. De V12 laat zich voor het eerst horen en blijkt een metalen brom te hebben die we tot dan toe niet hadden gehoord. Verbazend en best opwindend!

Opdracht volbracht

Natuurlijk zal een Rolls-Royce nooit een ballerina worden. Maar denk ook niet dat het lompe gevallen zijn. Bochten worden zonder problemen afgehandeld, met dank aan meesturende achterwielen. Intussen houden de ophanging en de actieve antirolstangen de koetswerkbewegingen mooi onder controle. Dan blijft alleen nog dat beetje geweld nodig om in dit soort auto echt te gaan “aanvallen”. Het verstandige stemmetje in ons hoofd blijft ons toch altijd influisteren dat het eigenlijk niet hoort om een Rolls zo in het rond te gooien. En eerlijk: zittend in onze luxueuze zetel, voelt het er ook niet naar. Hoe dan ook heeft deze heel unieke ervaring ons wel getoond dat een Rolls meer kan dan alleen maar op de mooiste lanen van de wereld te paraderen. Deze auto's deinsden er niet voor terug om hun neus in de poedersneeuw te planten en letterlijk het ijs op te gaan. Dat allemaal zonder ooit uit hun rol te vallen én in alle waardigheid. Dat... is pas echt klasse!