Na een zijsprong richting Auris is de Corolla dus terug in Europa. De twaalfde generatie is beschikbaar in drie koetswerkversies: de klassieke vijfdeurs, een Sedan voor markten die gek zijn op traditionele berlines, en een breakversie Touring Sports, speciaal voor Europa.
Lange wielbasis
Die laatste staat op de langere wielbasis van de Corolla Sedan. Die is 2,7 meter lang, tegenover 2,64 meter voor de vijfdeurs. In de praktijk maken die centimeters wel degelijk een verschil op de achterbank. De vijfdeurs is wat krap achteraan, maar dat is geen probleem in de break. Er is ruim plaats voor twee volwassenen.
Evenwichtig geproportioneerd
Ondanks de langere wielbasis heeft de Corolla TS relatief evenwichtige afmetingen. De vijfdeurs is 4,37 meter lang, deze break 4,65 meter. Dat is bijna even lang als de 4,67 meter lange Skoda Octavia Combi, een van de referenties in dit segment.
Ruim
Ook in de koffer is het verschil met de vijfdeurs onmiskenbaar: die laatste maakt 361 liter vrij, en zelfs amper 313 liter als je voor de 2.0 hybride kiest. Daar moet de 12-voltbatterij van onder de motorkap verhuizen naar de kofferbodem. Dat is ook het geval bij de Touring Sports, maar daar merk je het verschil minder. De kofferruimte gaat daar van 598 naar 581 liter, nog dicht genoeg bij de referenties in het segment met om en bij de 600 liter.
Praktisch
Ook de moduleerbaarheid is uitgedacht. De koffervloer kan lager worden gezet voor meer ruimte onder de hoedenplank. Zet je ze hoger, dan is het makkelijker inladen over de laaddrempel. Het levert ook een vlakke laadvloer op wanneer je de achterbank neerklapt en zo 1.606 liter vrijmaakt. In plaats van het klassieke reservewiel blijft er nog een praktische opbergruimte over.
Aangenamer
Naast de instapmotor, de 1.2 turbobenzine, heeft deze Corolla Touring Sports twee hybridemotoren: de klassieke 1.8 van 122 pk, en een nieuwe 2.0 van 180 pk. Die laatste moet klanten overtuigen die gewend zijn aan “koppelrijke dieselmotoren”, en beschikt inderdaad over de nodige troeven om meer te zijn dan zomaar een aandrijflijn. De 2.0 is aangenamer dan de 1.8, en dat verschil zit niet alleen in de verbrandingsmotor. De elektromotor produceert 109 pk en 202 Nm, tegenover 72 pk en 163 Nm in de 1.8. Daardoor ondersteunt hij de benzinemotor beter en is het klassieke “koffiemoleneffect” van de hybride Toyota’s aanzienlijk minder. Accelereren doet hij ook beter, en het nieuwe platform maakt hem ook dynamischer dan de Auris van weleer.
Verbruik
De afstelling van de hybride aandrijflijn mikt eerder op een aangename beleving dan op maximale zuinigheid. Je verbruikt dus meer dan met de hybride 1.8. Tijdens onze testweek, met meer snelweg dan bebouwde kom, haalden we een gemiddelde van 6,5 l/100 km. Met een rustigere rijstijl en minder snelweg zou 5 tot 5,5 l/100 km perfect mogelijk moeten zijn.
Klassiek
Verder valt de verzorgde afwerking van deze Corolla in de smaak. De presentatie blijft wat klassiek, maar elegant genoeg. De grafieken van het infotainment zijn dan weer minder modern dan bij de concurrentie.
Prijzen
De Corolla Touring Sports is beschikbaar vanaf € 23.380 (tot eind juni € 22.380) als 1.2 turbobenzine. De 1.8 hybride kost € 26.450. De 2.0 hybride kost op zijn beurt minstens € 30.560 en is pas beschikbaar vanaf het tweede uitrustingsniveau Dynamic. De topversie Premium, zoals ons testmodel, kost € 36.570.
Besluit
De breakversie maakt de Corolla veelzijdiger dan de vijfdeurs. De hybride 2.0 overtuigt ook door zijn betere prestaties en aangenamer rijcomfort. De rekening en het verbruik liggen dan wel wat hoger dan bij de hybride 1.8, maar de CO2-uitstoot blijft met minimum 84 g/km beperkt. De combinatie Touring Sports/2.0 Hybrid overtuigt.