Het tijdperk van atmosferische motoren die doorrazen tot meer dan 8.000 tpm lijkt op enkele uitzonderingen na finaal voorbij. Zelfs bij Audi, waar de RS-modellen gewoonlijk elke vorm van drukvoeding afwezen, is de turbo nu ingeburgerd. Boeten de Duitsers daardoor onvermijdelijk aan karakter in?

Sommige dingen veranderen nooit

Het gaat om een nieuw model, maar de esthetische verschillen met zijn voorganger springen niet meteen in het oog. De spieren zijn misschien wat aanweziger en de lijnen wat scherper, maar je hebt soms bijna een kennersblik nodig.

De S5 zet vooral in op soberheid, voor de RS5 mag het iets extravaganter: twee grote uitlaatpijpen, bling-geïnspireerde velgen en een indrukwekkend radiatorrooster. Kies je voor een discrete koetswerkkleur, zoals op ons testexemplaar, dan doe je niet teveel nieuwsgierige hoofden draaien.

Twee cilinders minder? Het heeft ook voordelen…

De looks mogen dan niet drastisch gewijzigd zijn, onder de motorkap werd alles door elkaar gegooid. Exit de geweldige 4.2 V8 die magistraal in de toeren klom, enter een 2.9 V6 TFSI biturbo. Het vermogen wijzigt niet, maar wordt wel een stuk vroeger geleverd. Vergeleken met de V8 ruilt deze nieuwe motor de muzikale decibels in voor een monsterkoppel: Audi geeft 600 Nm op tussen 1.900 en 5.000 tpm.

Nog revoluties bij de versnellingsbak: de S-Tronic met dubbele koppeling en zeven verzetten verdwijnt en wordt vervangen door een achttrapsautomaat. Gelukkig staat de permanente vierwielaandrijving nog steeds op het programma, met een optioneel differentieel achteraan.

Te braaf?

Wij autojournalisten zijn nooit tevreden. De vorige RS5 vonden we een hyperefficiënte auto met duivels duo motor-versnellingsbak. Dat duo zocht steeds de hoogste toeren met een geweldige soundtrack en reeg de verzetten bliksemsnel aan elkaar. Alleen miste hij koppel onderin de toeren en was de versnellingsbak te brutaal bij “beschaafd” gebruik.

Met dit nieuwe model stellen we het omgekeerde vast: de V6 drukt zich nooit zo enthousiast uit als de vorige V8. Hij duwt ook maar door tot 6.700 tpm. Koppel heeft deze motor onderin dan weer royaal, en met de nieuwe versnellingsbak rijdt hij soepeler en makkelijker dan ooit.

Duivels

Jazeker, de RS5 lijkt absoluut braver dan vroeger. Maar de prestaties zijn dat allerminst: 0-100 km/u duurt 3,9 seconden, en de manier waarop de overbrenging de auto tegen het asfalt kleeft, is allerminst braaf. Stroop je mouwen op wanneer de omstandigheden zich ertoe lenen en deze RS5 is duivels snel. Zonder twijfel sneller dan zijn voorganger.

Laat remmen, scherp insturen, tonnen grip bij het uitkomen van de bocht: de RS5 kan je moeilijk op een foutje betrappen. Nog moeilijker dan zijn voorganger, en dus een pak efficiënter. Tegen dit tempo is er maar weinig dat je kan volgen, tenzij een Noord-Koreaanse raket… Maar laat ons realistisch blijven: de snelheidsmeter geeft dan hoogst illegale snelheden aan en de remmen (die alleen vooraan met koolstofkeramische schijven kunnen worden uitgerust) gooien snel de handdoek in de ring. Niet moeilijk, met 1,7 ton…

Hoogwaardigheidsbekleder

Maar het draait niet alleen om sportiviteit. Dat heeft Audi duidelijk begrepen. De RS5 is ook een auto die geweldig is afgewerkt en die de reputatie van de constructeur dus alle eer aandoet. Ook qua uitrusting en technologie is dit een geslaagde Audi. Achteraan zijn de plaatsen ten slotte aanvaardbaar voor een coupé, de kofferruimte is degelijk en de geluiddemping op niveau. Het enige minpunt: een iets te droge demping bij lage snelheden.

Prijzen

Deze topversie van het A5-gamma kost € 85.400. Een hoge prijs, maar in dezelfde liga als zijn concurrenten, de BMW M4 en Mercedes-AMG C63 Coupé. De optielijst voegt makkelijk € 10.000 tot € 20.000 extra toe.

Het goede nieuws verschijnt aan de pomp: de RS5 is verrassend zuinig. Bij een soepele rijstijl die zeker niet traag hoeft te zijn, geraak je onder 9 l/100 km. Laat je de turbo’s de vrije loop, dan mag je meer dan 13 l/100 km verwachten.

Besluit

De grootste kwaliteit van deze Audi RS5 is tegelijk zijn grootste gebrek: deze machine kan sensationele prestaties neerzetten in alle omstandigheden, zonder daarbij teveel te vragen van zijn chauffeur. Beschouw hem dus als een “super-S5”, een geweldig geslaagde GT. Maar niet als een extraverte sportwagen.