Voor de Tweede Wereldoorlog was Rover gespecialiseerd in luxewagens. Maar na de oorlog bleek het merk die activiteit niet voort te kunnen zetten: de bevolking kon minder geld uitgeven, er was een gebrek aan grondstoffen en… een gebombardeerde fabriek dwong het Britse merk om totaal iets anders te gaan doen.

Inspiratie: de Jeep en… tractoren

Maurice Wilks, projectmanager bij Rover, geraakte geïnspireerd door de Willys Jeep, die zijn diensten bewees in de Tweede Wereldoorlog en vooral tijdens de landing van de geallieerden. Wilks besloot om iets gelijkaardigs te ontwerpen, maar dan voor vreedzamere doeleinden… om niet te zeggen: landbouwdoeleinden. Hij wilde een voertuig dat het midden hield tussen een vrachtauto en een tractor, dat overal door kon en dat landbouwmateriaal kon trekken. Iets wat de Amerikaanse Jeep niet kon!

Het begin

Omdat de fabriek in Coventry gebombardeerd was, moest Rover uitwijken naar Solihull. Die fabriek was gespecialiseerd in vliegtuigmotoren, en was de oorlog zonder kleerscheuren doorgekomen. Daar begon Maurice Wilks met zijn plannen om de eerste Land Rover te ontwerpen. Er werd een prototype gemaakt met het materiaal dat er op dat moment beschikbaar was en dat zo eenvoudig mogelijk was. Simpel, maar zonder twijfel ingenieus! Met zijn centrale stuur, drie krachtafnemers en koetswerk uit aluminium was het prototype geschikt voor alle gebruik.

Productie

Toen de productie werd opgestart, verhuisde het stuur weg van zijn centrale positie, maar de unieke zitconfiguratie met drie stoelen bleef. Onder de motorkap vinden we een bijzonder klassieke viercilinder, met een originele opstelling voor de kleppen: bovenop voor de inlaat en opzij voor de uitlaat. Met een cilinderinhoud van 1,6 liter produceerde het blok slechts een bescheiden 50pk. Maar door zijn bijzonder lage compressieverhouding kon het blok alle soorten brandstof aan, inclusief die van slechte kwaliteit. De kwaliteit van de brandstof in het Groot-Brittannië van na de oorlog liet meestal te wensen over.

Vierwielaandrijving

Voor hellingen had Land Rover een transferbak voor korte (of zelfs extra korte) verhoudingen voorzien, en vierwielaandrijving. Tegen (uiteraard relatief) hoge snelheden zit er een vrijloop op de vooras om het differentieel niet stuk te maken. De versnellingsbak heeft vier klassieke versnellingen, waarvan alleen de laatste twee gesynchroniseerd zijn.

Klein uitgevallen

Zoveel jaren later kijken we naar een vlekkeloos exemplaar in Solihull, waar de Land Rover geboren is. Eerste indrukken: een Land Rover 80 (het getal verwijst naar de lengte van de wielbasis, uitgedrukt in duim) valt bijzonder klein uit. Van bumper tot bumper meten we een totale lengte van… 3,35 meter. Dat is 20 cm minder dan de huidige Fiat 500! Klein maar fijn, want de kleine details in de styling roepen de tijd van toen weer op.

Aan boord

Je moet eerst en vooral aan boord geraken. En dat is niet eenvoudig: met zijn vaste zetel en star stuurwiel, heeft de Land Rover 80 een unieke rijhouding op maat van kleine Japanners eerder dan grote Vikings. Ik heb het al moeilijk om achter het stuur te kruipen. Eens je zit is het nog erger: om de hoge pedalen en het dichtbij staande stuur te bedienen, moet je lenig aangelegd zijn.

Niets te zien hier!

Wat het instrumentenpaneel betreft, zijn we snel uitgepraat: een snelheidsmeter, ampèremeter, benzinemeter en that’s it! Enkele knoppen en lampjes vrolijken het dashboard verder op. Ondanks alles zijn er nog twee ruitenwissers (afzonderlijk te bedienen en frustrerend traag), een verwarming (overdreven luid) en afneembare deurpanelen. Frisse lucht nodig? Gewoon de bovenste panelen van de deuren demonteren. Of de kap volledig afnemen.

Onderweg

Een bijzonder korte testrit door de bossen geeft ons een idee van wat deze eerste Land Rover kan. Het pluimgewicht (1.170 kg), de ultrakorte eerste versnelling en motor met tractorkoppel laten hem met verbluffend gemak overal door rijden. Op het eerste gezicht lijkt hij bijna even capabel als de laatste Defender. Al moet je hier uiteraard niet op de elektronica rekenen. Toch volstaat het om de Land Rover in zijn eerste korte versnelling te zetten (of zelfs tweede voor meer souplesse), de koppeling te lossen en alles op koppel te doen. Zo ploegt hij overal door en houdt niets hem tegen. Zelfs de remmen niet. Of toch weinig…

Op de baan is het met de Land Rover 80 dan weer zwoegen. De motor moet voortdurend moeite doen (verwacht niet om sneller te rijden dan 80 km/h), je oren worden langs alle kanten aangevallen (wind, motor, transmissie, flapperende kap,…), het stuur is al even vaag als een politieke uitvlucht, het gebrek aan isolatie doet je bevriezen en de rijhouding levert je een afspraak bij de osteopaat op. Je begrijpt het: de Series 1 is een werkpaard, geen paradepaard.

Hoeveel?

De allereerste Series 1 (1948-1951) zijn bijzonder gewild, wat hun prijs de hoogte in jaagt. Reken op minstens € 30.000 voor een aanvaardbaar exemplaar en meer dan € 40.000 voor een model in perfecte staat. Toch zijn ze niet zeldzaam, ook al zal je het Kanaal over moeten om er een op de kop te tikken.

Waarop letten?

Het aluminium koetswerk lijdt uiteraard niet onder roest, maar het onderstel wordt er dan weer veel meer aan blootgesteld! Inspecteer dus elke vierkante centimeter. Wat de motor betreft, laat je de diesel links liggen en zoek je benzinemotoren. De Britse viercilinder is betrouwbaar, maar wil wel eens snel door zijn kleppen en klepgeleiders gaan. De transmissie is robuust, en dan vooral het achterdifferentieel. Gelukkig maar, want een complete revisie valt duur uit. Het stuur is uiteraard redelijk vaag, maar als je overdreven veel speling opmerkt, moet het ongetwijfeld gereviseerd worden. En dat kost een fortuin.

Besluit

In oude potten leer je het beste koken! Deze Land Rover 80 toont perfect waarom zijn concept zo succesvol was. De stevige eerste Land Rover, voorzien op de meest barre omstandigheden, lijkt wel een oude familievriend. Trouw, en steeds daar wanneer je hem nodig hebt. Na 67 jaar trouwe dienst lijkt hij nog wel klaar voor tientallen jaren avontuur. Geen twijfel mogelijk: hij is onsterfelijk.