Bij onze Britse vrienden zijn sportwagens evenzeer een traditie als het kopje thee om vijf uur. Hun roadsters die even rustiek zijn als een handkar en met bedenkelijke betrouwbaarheid hebben we vaak vervloekt. Toch hebben ze enkele van de mooiste sportwagens op hun actief.
1. Jaguar F-Type
Zonder twijfel de revelatie van het jaar. Met de F-Type heeft Jaguar eindelijk een sportwagen die zijn afkomst waardig is. Als afstammeling van de fantastische E-Type prikkelt hij de zintuigen met zijn motorgeluid en bekoort hij sportievelingen met zijn dynamisch evenwicht.
Onze keuze: de V6 S, de meest geslaagde en evenwichtige. Zelfs Jaguar is akkoord.
2. Lotus Elan
De Lotus Elan is belachelijk klein maar zet mirakels neer op de weg. Ook vandaag nog, meer dan vijftig jaar na zijn verschijning, zijn we sprakeloos door zijn dynamische kwaliteiten. Het geheim? Een belachelijk gewicht van minder dan 700 kg. De Mazda MX-5 werd er in grote mate door geïnspireerd.
Onze keuze: de Coupé S3 in de afwerking SE met een motor van 116 pk. De keuze van voormalig Formule 1-rijder Jim Clark.
3. Jaguar E-Type
Deze auto in de vorm van een lange sigaar hoeven we niet meer voor te stellen. Velen beschouwen de E-Type als mooiste auto van de wereld. Het is waar dat zijn lijnen in 2013 nog altijd even mooi zijn als in 1962, toen hij gelanceerd werd. Ondanks de overdreven motorkap getuigt de E-Type van een opmerkelijke wendbaarheid. En wat een schitterende motor, deze XK.
Onze keuze: Een 3.8 coupé voor zijn buitengewone daklijn en vinnigere motor.
4. Austin Mini Cooper S
Toen Alec Issigonis de Mini ontwikkelde, had hij de autosport helemaal niet in gedachten. Voor hem was de combinatie van een dwarse motor met voorwielaandrijving perfect voor de stad en meer ook niet. Nochtans schitterde de Mini in zijn Cooper-versies tijdens de rally van Monte Carlo. Geen enkele auto herinnert zo sterk aan een kart als de Mini. Hij is verduiveld wendbaar.
Onze keuze: een MK II Cooper S met een motor van 1.275 cm³ met bijna 80 pk.
5. Lotus Elise
De Lotus Elise, een sportprototype ontworpen voor de weg, is een sportwagen die zo dicht mogelijk bij de grond ligt. Een radicale auto, zonder geluiddemping of comfort. De centrale motor heeft dankzij het lage gewicht geen enkele moeite om de auto te katapulteren.
Onze keuze: Een van de eerste versies met de 1.8 Rover-motor. Ruim voldoende om je te amuseren op de weg.
6. Aston Martin DB4 GT
In Groot-Brittannië heeft men soms gekke ideeën over een racewagen. Ook al neemt hij deel aan races, de DB4 GT en zijn lederen zetels en houten stuurwiel zijn onafscheidelijk. Het is een vrij zware bolide, maar de zescilinder is meesterlijk. En wat een allures heeft Aston Martin! Zelfs James Bond kon er niet aan weerstaan (DB5).
Onze keuze: Als jouw bankrekening het toelaat, is een zeldzame Zagato-versie een must.
7. TVR Griffith
Voor TVR zijn eigen motoren ontwikkelde, met rampzalige gevolgen voor de betrouwbaarheid, had de kleine constructeur een mooie reeks sportieve modellen die herinnerden aan de AC Cobra. Het principe was gelijkaardig: een zeer licht koetswerk en een gespierde V8. Sensaties verzekerd!
Onze keuze: Als je dan toch zo’n TVR koopt, neem dan meteen de bulderende 500, met een grotere motor.
8. Caterham Super Seven
De Caterham is een logisch vervolg op de geniale Lotus Seven, het is een soort motor op vier wielen. Colin Chapman geloofde er nooit echt in, maar de geschiedenis heeft hem ongelijk gegeven: de Super Seven zit boordevol sensaties en onophoudelijke spanning. Spartaanser kan een auto moeilijk zijn, maar net dat is zo leuk.
Onze keuze: Terwijl de Cosworth-motor hem zo snel maakt als een raket, is de basis-1.6 al ruim voldoende en bovendien gemakkelijker in de hand te houden.
9. AC Bristol
Iedereen kent de overdonderende AC Cobra, maar de geschiedenis begon eigenlijk met dit model. Voor zijn tijd, het begin van de jaren vijftig, had de AC een buitengewoon en zeer evenwichtig weggedrag. Koppel daar nog eens de uitstekende Bristol-zescilinder aan en je krijgt een bijzonder homogeen geheel. Pas later kocht Caroll Shelby de chassis om er een grote V8 van Ford in te plaatsen.
Onze keuze: De roadster is natuurlijk schitterend en herinnert aan bepaalde Ferrari’s, maar de Aceca coupé loont ook de moeite met zijn allures van een kleine Aston en zeer chique interieur.
10. Austin Healey 100/4
Dit is hét symbool van de Britse roadster. Zijn sensuele lijn begon bij het grote radiatorrooster en eindigde in een delicate achterkant. De zescilinderversies zijn het populairst, maar velen vinden het weggedrag van de viercilinders evenwichtiger. Daarmee gaan we akkoord. Opgelet: hij weigert wel eens dienst en is allesbehalve handig.
Onze keuze: Een BN2 voor zijn vierversnellingsbak en indien mogelijk een zeldzame en authentieke Le Mans-versie. Succes met de jacht!