1. Swingende naam

De naam Twingo moet jeugd uitstralen, want het is een samentrekking van de woorden “twist”, “swing” en “tango”…

2. Stokoude motor

De Twingo moest vooral verleiden met zijn functionaliteit. De prestaties waren van ondergeschikt belang. Onder de motorkap lag de “Cléon-Fonte”, die zijn werelddebuut beleefde in de Floride S van… 1962. In de Twingo schopte hij het tot 62 pk.

3. Vier spetterende kleuren

Een auto die niet verkrijgbaar was in de kleuren grijs, wit of zwart? Vandaag is het ondenkbaar en… destijds ook, hoor. Bij zijn lancering bood Renault toch enkel geel, rood, blauw en groen aan.

4. Duitsland hield niet van zijn motorkap

De heel korte motorkap van de Twingo gaf niet op alle markten een veiligheidsgevoel. Dat is ook de reden waarom de tweede generatie een langere neus kreeg.

5. Zonder linkervoet

Voor de Twingo verkrijgbaar was met een automaat (met drie verhoudingen) bood hij al een alternatief voor wie zijn linkervoet liever laat rusten: de Easy. Dat was geen volledig geautomatiseerde overbrenging, maar wel een manuele versnellingsbak met een gemotoriseerde koppeling. De auto had dus nog een versnellingspook en 5 verhoudingen die de bestuurder moest inleggen. Allen de koppeling werd door een robot bediend bij het vertrekken en het schakelen.