De verschillende niveaus waarop een auto zelfstandig kan rijden, worden in de autosector opgedeeld van 1 tot 5. De lichtste vorm van autonoom rijden begint bij niveau 1, en zo wordt er doorgeteld tot niveau 5. Af en toe wordt er ook gesproken van niveau 0, maar dat is uiteraard wanneer jij als chauffeur zelf al het werk doet.

Niveau 1

Op dit niveau neemt één enkele soort rijhulp iets van je over. Een adaptieve snelheidsregelaar bijvoorbeeld, die zelfstandig gas geeft en remt, terwijl jij nog steeds actief stuurt. Je moet natuurlijk op elk moment de volledige controle over de auto terug kunnen overnemen.

Niveau 2

Hier nemen twee soorten rijhulp werk uit je handen. Het gaat dan bijvoorbeeld om een adaptieve snelheidsregelaar en rijstrookassistentie. Daardoor rijdt de auto zelfstandig achter een voorligger en blijft hij perfect op zijn rijstrook. Je kunt dus je handen even van het stuur houden, maar moet nog steeds het verkeer in het oog houden en op elk moment de controle terug kunnen overnemen.

Niveau 3

Op dit niveau zorgt de auto zelf voor de bediening van het gas- en rempedaal, en voor de bediening van het stuur. Jij hoeft je aandacht niet meer op de weg en op het andere verkeer te houden – dat doet de auto immers ook voor jou – maar je moet wel kunnen ingrijpen als de auto daarom vraagt.

Niveau 4

Ook hier doet de auto alle werk, en loodst hij je een hele rit lang door het verkeer zonder dat je hoeft in te grijpen. Vraagt de auto wel om in te grijpen (omdat er bijvoorbeeld een stuk van de rit volgt waarbij hij je input nodig heeft) maar doe je dat niet, dan brengt hij zich automatisch en veilig tot stilstand aan de kant van de weg.

Niveau 5

Op het hoogste niveau rijdt een auto volledig zelfstandig, zonder enige input van chauffeur of passagiers. Daarbij doet hij het minstens even goed als, of zelfs beter dan een chauffeur. In alle omstandigheden slaagt de auto erin om zich zelfstandig naar zijn bestemming te navigeren.