1. Welke motor?
De Z3, die gebouwd werd tussen 1995 en 2002, was beschikbaar met een breed motorenpalet, gaande van een brave 1.8 liter viercilinder tot de duivelse M zes-in-lijn met meer dan 320 pk. Onze keuze? Gezien de beperkte koetswerkstijfheid van de Z3 leent die zich meer leent tot gezapig rijden dan het betere sportieve werk! Je kan dus even goed gaan voor de kleinere motoren, met een voorkeur voor de 115 pk sterke 1.8. Maar als het budget dat toelaat, is de 2.2 zescilinder met 163/170 pk een ‘nobelere’ en leuker klinkende keuze.
2. Een ‘vintage’ rijgedrag
Rijden met de Z3 zal vertrouwd aanvoelen voor wie het gewoon is met vintage roadsters onderweg te zijn: beperkte koetswerkstijfheid, reacties in het stuur en een niet echt voorbeeldige grip in de regen temperen de lust om sportief te rijden. Het rijgedrag van een Mazda MX-5 is daarentegen een stuk moderner.
3. Opgelet met het chassis!
Één van de grootste zwaktes van dit model is het fragiele subframe voor het differentieel, dat zelfs kan scheuren! Het gaat daarbij vooral om de meest krachtige motorisaties (meer dan 190 pk) en kan opgelost worden via een versteviging. BMW paste trouwens zelf het faceliftmodel aan in 1999, maar dat loste het de zwakte niet volledig op.
4. M, een andere wereld
In M-uitvoering wordt de Z3 een wild beest! Opgelet, alleen echte experten zijn in staat om zijn volledige potentieel te benutten. Het model is vandaag erg gewild (met een waarde die kan oplopen tot meer dan 30.000 euro, meer dan 3 keer de waarde van een instapmodel), en kan beschouwd worden als de Cobra van het moderne tijdperk. Hou na 100.000 km de oliepomp en de krukaslagers in het oog, een klassiek probleem bij slecht onderhouden motoren.
5. De coupé, een absoluut collectors item!
Met zijn atypische look van een ‘shooting brake’ (kwatongen noemen het een clownschoen) verdeelt de Z3 Coupé de meningen. Met meer koetswerkstijfheid en dus ook meer voldoening tijdens dynamisch rijden, kreeg hij enkel de meest gespierde motoren: 2.8i, 3.0i en M coupé. Onze voorkeur gaat uit naar de 3 liter zes-in-lijn, die alerter is dan de 2,8 en een stuk betaalbaarder (op elk vlak) dan de M-motor.