Helemaal nieuw is de Alaskan trouwens niet. In 2016 liet Renault een proefballonnetje op in Zuid-Amerika, traditioneel een populaire markt voor pick-ups. De Fransen presenteerden de Alaskan in Colombia, die er op een jaar tijd een marktaandeel van 5,86% wist te veroveren. Nu komt hij ook naar Europa.

Komt de Alaskan me niet bekend voor?

Dat klopt. Renault werkt namelijk samen met de Japanners van Nissan, in de Renault-Nissan-alliantie. De Fransen deden voor hun eerste pick-up een beroep op hun Japanse contacten om de ontwikkelingskosten tot een minimum te beperken. De Renault Alaskan is daarom eigenlijk gewoon een Franse Nissan Navara.

Wat zijn dan de verschillen tussen de twee?

Die beperken zich vooral tot de voorkant: de Alaskan krijgt de visuele identiteit van de recentste Renault-producten mee. Dat betekent C-vormige dagrijlichten en optionele led-koplampen, en een radiatorrooster met de Renault-ruit prominent in het zicht. In het interieur beperken de verschillen zich tot het logo op het stuur. De Renault Alaskan rolt trouwens ook van de band in de Nissan-fabriek in Barcelona.

Hoe ziet het interieur er dan uit?

Op het logo op het stuur na exact hetzelfde als dat van de Nissan Navara. Je krijgt hetzelfde dashboard en dezelfde deurpanelen die met harde plastics zijn afgewerkt maar die wel tegen een stootje lijken te kunnen. Alle bedieningsorganen en knoppen op het stuur en op de middenconsole komen uit de rekken van Nissan. Het 7 duim grote infotainmentscherm is eveneens van Japanse makelij, en voelt qua weergave en ergonomie iets te gedateerd aan. De been- en hoofdruimte is zowel vooraan als achteraan ruim voldoende.

En de laadruimte?

Die is 1,58 meter diep, 1,56 meter breed en biedt dus een laadoppervlakte van 2,46 vierkante meter. Aan de drie kanten van de laadbak zijn rails voorzien met mobiele bevestigingspunten, de achterklep kan een gewicht aan van 500 kilogram. Het totale laadvermogen is trouwens voorzien op 1.000 kilogram. Aanhangers slepen kan uiteraard ook, tot maximaal 3.500 kilogram.

Wat zit er onder de motorkap?

Renault biedt alleen een dieselmotor na, de 2.3 dCi viercilinder met 160 of 190 pk. Die vind je natuurlijk ook terug onder de kap van de Navara, maar de zelfontbrander werd wel door de Fransen ontwikkeld. De 160 pk-versie, die 403 Nm koppel heeft, beschikt over één enkele turbo. De 190 pk-versie, met 450 Nm koppel, doet het met twee. De dieselmotor brengt zijn vermogen over via een manuele zesversnellingsbak, of tegen een lichte meerprijs via een zeventrapsautomaat.

Hoe rijdt de Alaskan?

Op de weg al bij al niet slecht, als je je ervan bewust bent dat je met een gevaarte van 5,40 meter en 2 ton onderweg bent. De dieselmotor laat zich duidelijk horen wanneer hij belast wordt, maar is op de snelweg bijvoorbeeld degelijk gedempt. Het stuurgevoel laat wat meer te wensen over: het voelt weinig nauwkeurig aan en laat af en toe ook kleine trillingen door.

Maar deze Alaskan blijft in de eerste plaats natuurlijk een werkpaard. Het rijcomfort is daarom ook best geslaagd, ondanks de korte oneffenheden die de dempers af en toe steviger doortelefoneren. De zeventrapsautomaat is er een van het klassieke type: hij reageert trager en minder alert dan andere automaten op de markt. Zelf schakelen kan eventueel ook, door de pook manueel op en neer te duwen. Handig voor wanneer het terrein ruwer wordt.

Wat kan deze Renault off-road?

Net als bij de Nissan Navara kan je via een draaiknop op het dashboard kiezen uit drie rijmodi: een achterwielaangedreven modus voor het gewone gebruik op de weg, een vierwielaangedreven modus voor lichter terreinwerk, en een vierwielaangedreven modus voor maximale grip op moeilijke ondergrond. Verder vullen een elektronisch sperdifferentieel op de vier wielen, een mechanisch sperdifferentieel op de achteras, een vertrekhulp voor hellingen en een afdaalhulp de rijhulp voor het terreinwerk aan. Renault voorziet trouwens ook een 360-gradencamera op de Alaskan om eventuele hindernissen bij het off-roadwerk te bekijken zonder uit te hoeven stappen.

Renault plande een kleine praktijktest tijdens de presentatie, en daar stond de Alaskan zijn mannetje. Het terrein lag er door de regen de vorige dagen bijzonder modderig bij, maar in de vierwielaangedreven modus voor moeilijk terrein worstelde de Alaskan zich met behulp van de differentiëlen en de afdaalhulp zonder veel moeite door de modder.

Wat moet ik verder nog weten?

Dat deze Alaskan zoals zowat alle pick-ups op een ladderchassis staat. Dat komt de stevigheid bij het intensieve gebruik waar dit soort voertuigen aan wordt onderworpen ten goede. Renault plaatst net als Nissan een vijfpuntsophanging achteraan in plaats van de klassieke bladveren. Op die manier wordt het rijcomfort verhoogd. Ten slotte ook handig om weten: in tegenstelling tot de Nissan Navara plant Renault geen “single cab”-versie van zijn Alaskan.

Hoeveel kost hij?

Instappen doe je bij de Renault Alaskan vanaf € 35.775 met de dCi 160. De dCi 190 begint vanaf € 41.850, de duurste versie kost € 44.900. Zelfs de optielijst is Aziatisch geïnspireerd: hij blijft beperkt tot metaalkleur, een sperdifferentieel, de led-koplampen en een schuifdak. Voor bepaalde opties moet je dus kiezen uit een van de vier uitrustingsniveaus. Interessant om weten: de Nissan Navara heeft een gelijkaardige vanafprijs, maar Renault wil het verschil maken door zijn dealernetwerk en zijn uitgebreid aanbod aan diensten en accessoires.

Besluit?

De Renault Alaskan is geen klassieke SUV, maar een rasechte off-roader. Wat hij dus aan rijplezier op de weg inboet, maakt hij ruimschoots goed naast de weg. De Franse pick-up maakt volop gebruik van de jarenlange knowhow die de Japanners op dat terrein hebben, en voegt dus een degelijk en krachtig werkpaard toe aan zijn rangen. Al mocht de Alaskan misschien net dat tikje meer eigen karakter krijgen…