Om de kosten te beperken, maakt Jaguar gebruik van het onderstel van de Ford Mondeo. Probleem: de Mondeo doet het met voorwielaandrijving, hoogverraad voor de klanten van het merk! Maar een slimme restyling, een verzorgd interieur, een romige V6 en… vierwielaandrijving verzachten de pil. Maar ondanks een eerder warme ontvangst, pakt de mayonaise niet. Jaguar hoopte jaarlijks 100.000 exemplaren te verkopen, maar de uiteindelijke verkoopcijfers zijn (veel) lager...
In 2003 laat Jaguar alle schroom varen: er moet verkocht worden! De X-Type wordt vanaf dan ook geleverd met voorwielaandrijving en, het symbool van ‘absoluut verval’, hij krijgt een viercilinder diesel onder de kap! Die motor, met naar keuze 130 of 155 pk, boost de verkoop een beetje, maar niet genoeg: de cijfers zijn allesbehalve schitterend.
En toch heeft de auto zo zijn kwaliteiten: het onderstel is uitstekend, de motoren aangenaam en het interieur is een typisch Britse cocon. Maar niets, niet de dieselmotoren, noch de breakversie geven de verkoop vleugels. In 2009 trekt Jaguar de stekker uit de X-Type. Pas 6 jaar later doet het merk een nieuwe aanval op de markt, met de XE.