We schrijven 1963. Jeep lanceert een revolutie met de eerste luxe-SUV: de Wagoneer. De Grand Wagoneer met een zelfdragend koetswerk volgde in zijn spoor. Dan was het de beurt aan de Grand Cherokee in 1992. Vier miljoen exemplaren later, ziet de vierde generatie het daglicht. Het minste wat we kunnen zeggen, is dat er veel veranderd is de afgelopen halve eeuw. Jeep is vandaag niet meer het vlaggenschip van de Amerikaanse auto-industrie, maar behoort tot Fiat. Het recept is nog altijd hetzelfde: luxe, ruimte, comfort en de mogelijkheid om met de vingers in de neus om het even welke hindernis te nemen.
Opzichtig
Bij het manoeuvreren in de ondergrondse parking van de importeur, maakte ik de bedenking dat de Grand Cherokee echt groot is. De wielbasis groeide met 13 cm tegenover de voorganger, de lengte met 7 cm en de breedte met 6,8 cm. Dat is niet niks, maar gelukkig is er een achteruitrijcamera. Door de 20-duimsvelgen van de Overland-versie was de testwagen behoorlijk opzichtig. Een potige kerel dus, maar het moderne ontwerp van het koetswerk vermindert de luchtweerstand met 8 procent. De Cx-waarde daalt van 0,40 naar 0,37. Dat is toch al een begin.
Beter afgewerkt
Ook in het interieur is er veel veranderd. Er is meer dan genoeg plaats voor de passagiers achterin. De kwaliteit van de afwerking zet een grote stap voorwaarts, wat absoluut noodzakelijk was om de Europese tenoren van dit segment bij te benen. De boordplank werd helemaal hertekend en bekleed met materialen die zacht zijn om aan te raken en zichtbare stiksels. In de Overland-versie is leder alomtegenwoordig. De enige valse noot: de onderkant van de deurpanelen is uitgevoerd in hard plastic, dit segment onwaardig.
Voorts verschijnt een groot dubbel open dak in glas (CommandView). De achterzetels zijn regelbaar in een hoek van 18 graden en het koffervolume stijgt met 11 procent tot 782 liter. De kofferklep, waarvan de ruit apart opent, opent elektrisch maar we vragen ons af waarom de ingenieurs het knopje voor de bediening in de kofferruimte hebben geplaatst en niet op de klep zelf.
Zijdezacht
Zoals we al schreven in de introductie ruilt de nieuwe Grand Cherokee zijn Mercedes-dieselmotor voor een drieliter V6 van Fiat. Het vermogen (241 pk) en het koppel (550 Nm) gaan er met respectievelijk 10 en 8 procent op vooruit, terwijl het verbruik en de CO2-uitstoot met 20 procent dalen (8,3 l/100 km en 218 g/km). Mooi werk, want laten we niet vergeten dat deze mastodont 2.350 kg weegt. Pure prestaties moet je dus niet zoeken, zeker aangezien de vijftrapsautomaat met koppelomvormer niet zo snel reageert. De Grand Cherokee overtuigt vooral met zijn zachte kant, niet met een sportief weggedrag.
Met een vingerknip
Zelfde vaststelling bij de ophanging, die eerder de comfortkwaliteiten van een Range Rover dan de precisie van een BMW X5 benadert. Voor de eerste keer doet Jeep een beroep op een pneumatische ophanging (Quadra-Lift) die 10,5 cm bodemspeling biedt. Met een draaiknop op de middenconsole kun je één van de vijf voorgeprogrammeerde standen selecteren: Normal (20,5 cm), Off Road 1 (+3 cm), Off Road 2 (+6,5 cm), Park (-4 cm) en Aero (-1,5 cm).
Bovenop die variabele ophanging biedt het tractiesysteem Selec-Terrain nog eens vijf configuraties in functie van de beschikbare grip: automatisch, sport, sneeuw, zand/modder en rotsen. Met een vingerknip verander je de stand en de elektronica doet de rest.
De Grand Cherokee verbaasde ons vooral in moeilijke omstandigheden. Het Quadra-Drive II-systeem van de Overland (centrale transferbak en koppeling die het koppel verdeelt naargelang de grip) werkt uitstekend. Het beschikt over een korte 4WD-modus, afdalingshulp (Hill Descent Control) en starthulp (Hill Start Assist) die je een zeker gevoel geven. De prijzen beginnen bij 47.900 euro, maar onze testwagen kostte 54.700 euro.