Met zijn lijnen als die van een baksteen en met stilistische details die trouw zijn aan de tijdsgeest, is de Silver Spirit wat gereserveerder dan de flamboyante modellen die je in dezelfde periode aan de andere kant van de Atlantische Oceaan kon vinden. En ook op technisch vlak respecteerde hij de tradities van Rolls-Royce, met een V8 waarvan het vermogen omschreven werd als ‘voldoende’ en achterwielaandrijving. Deze sloep met een lengte van 5,27 meter kreeg het gezelschap van een uitvoering met lange wielbasis, de Silver Spur, die 5,34 meter lang is. Het verschil in lengte is niet enorm, maar de passagiers achterin krijgen wel 10 cm extra beenruimte.

De laatste der Mohikanen?

Doorheen zijn 18 jaar lange carrière zal de Silver Spirit, in ware Rolls-Royce traditie, subtiel evolueren over vier modelgeneraties. Ook op mechanisch vlak kleurt het merk niet buiten de lijntjes, door de 6,75 liter V8 van de Silver Shadow te blijven gebruiken onder de motorkap. Een blok dat niet meteen het meest krachtige is, zelfs niet wanneer de Britten er een turbo op schroeven, zoals bij de Flying Spur in 1994. 

De Silver Spirit verdween in 1998 geruisloos uit het Rolls-gamma. Het merk werd op dat moment immers eigendom van BMW en het nieuwe model, de Silver Seraph, kreeg daarbij alle technologie van het Beierse merk, te beginnen met een V12. 

Vandaag

Hoewel hij beschouwd kan worden als de laatste ‘echte’ Rolls-Royce (een berline uitgerust met de ‘oude’ V8 – de Corniche cabrio was uiteindelijke de laatste Rolls om gebruik te maken van dit blok), kost de Silver Spirit geen fortuin om te kopen. Voor zo’n 25.000 euro zou je een mooi exemplaar moeten kunnen vinden. Als een rechtsgestuurde auto je niet stoort, kan je zelfs nog een mooie som geld uitsparen. Maar omdat het nu immers een Rolls-Royce is, moet je niet rekenen op een onderhoudskost en een verbruik dat ook maar in de buurt komt van een berline van ‘gewonere’ automerken. Hou dus een stevige duit achter de hand, voor wanneer je Britse speeltje ooit in panne zou vallen…