Net zoals zijn voorganger kan de nieuwe generatie van de Audi RS3 (Sportback en Berline) rekenen op de charismatische 2.5 TFSI-vijfcilinder in lijn van Audi in een versie met 400 pk. Dat betekent dus dat hij niet meer vermogen ontwikkelt dan zijn voorganger, maar de cavalerie staat wel iets vroeger (vanaf 5.600 o/m) en over een breder toerenbereik (tot 7.000 o/m) paraat. Bovendien piekt het koppel voortaan op 400 Nm (+20 Nm) en staat het permanent ter beschikking van 2.250 tot 5.600 o/m.
De prestaties die de kleinste RS-Audi zo kan bieden zijn explosief: 0 naar 100 km/u in slechts 3,8 seconden en een topsnelheid van 290 km/u. Al moet je voor die top wel de juiste opties aanvinken, anders piekt hij bij 250 km/u.
Al dat geweld wordt standaard via een gerobotiseerde zevenversnellingsbak met dubbele koppeling en vierwielaandrijving aan de grond doorgegeven. Deze nieuwe RS3 wordt het eerste model van Audi dat standaard is uitgerust met de koppelverdeling Torque Splitter. Deze configuratie integreert een elektronisch gestuurde meerschijvenkoppeling in elk van de twee overbrengingsarmen achteraan zodat het koppel tussen de achterwielen permanent kan worden aangepast.
Dat maakt dat de RS3 bij een gespierde rijstijl niet alleen veel levendiger rijdt, maar ook dat deze nieuwe generatie kan uitpakken met een driftmodus (RS Torque Rear) en een circuitmodus (RS Performance), net zoals zijn neef Volkswagen Golf R.
Tegelijk hebben de ingenieurs van Audi Sport hun best gedaan om alle andere organen van de nieuwe RS3 te perfectioneren. Zo krijgt hij nieuwe schokdempers met kleppen en nieuwe, grotere stalen remschijven met klauwen met zes zuigers. Keramische remmen staan op de optielijst.
Naast de specifieke sportieve toevoegingen is de nieuwe RS3 uiterlijk te herkennen aan zijn ‘originele’ lichtsignatuur. Tijdens het Leaving/Coming Home-schouwspel verschijnt aan bestuurderszijde namelijk het RS3-monogram. En wanneer de wagen rijdt, licht aan beide zijden een ruitjesvlag op.
