Seat heeft geen elektrische modellen in zijn gamma. Of beter gezegd: niet meer, sinds de Mii uit de catalogus verdween. Het aanbod richt zich op auto’s met verbrandingsmotoren en hybrides die al een mooie staat van dienst hebben, zonder echter helemaal gedateerd te zijn. Ze zijn dan ook bekend en betrouwbaar. Hierdoor blijven de orderboeken van het in 1950 opgerichte Spaanse merk goed gevuld. En dat ondanks de bescheiden ambities en de aangekondigde nieuwe koers voor 2030. Zo wist Seat in 2024 zelfs zijn plaats in de top 25 van nieuw ingeschreven auto's te behouden. Seat zal op het Autosalon 2025 dus zeker niet alleen voor de show aanwezig zijn in Paleis 11.
4 van de 5 modellen
Op de Seat-stand zal bijna het volledige modellengamma te zien zijn. Alleen de Leon break ontbreekt op het appel in Paleis 11, dat volledig ingenomen wordt door invoerder D’Ieteren. Als bezoeker kan je er dus kennismaken met de veelzijdige en iconische stadswagen Ibiza, de Leon hatchback, de compacte SUV Arona en de compacte SUV Ateca. Deze modellen worden gebouwd op een Volkswagen-platform, maar dan met een vleugje zuiders design dat blijft aanspreken. Bovendien liggen de prijzen iets lager dan die van hun Duitse tegenhangers, en soms zelfs dan die van de Tsjechische alternatieven op dezelfde basis.
Zo beginnen de prijzen van de Ibiza vanaf €22.590 met een 95 pk sterke 1.0 TSI turbo-benzine, als directe concurrent van de Škoda Fabia. Met een 116 pk sterke variant blijf je net onder de €25.000. De 150 pk sterke FR-Edition kost €30.900. Nog interessanter is de Leon, een 4,37 meter lange hatchback die al verkrijgbaar is voor minder dan €30.000 met een 115 pk sterke 1.5 TSI benzinemotor. In dieseluitvoering, met een 2.0 TDI die 115 pk levert, betaal je €31.670 voor deze ‘Spaanse Golf’. Aantrekkelijke prijzen, waarop nog salonvoorwaarden en eventuele promoties van toepassing zijn.
Het SUV-aanbod start met de 4,15 meter lange Seat Arona, met een prijskaartje vanaf €25.140, en de 4,38 meter lange Seat Ateca die je bestelt vanaf een prijs van €33.540 voor de benzineversie en €42.060 voor de dieselversie.
En de toekomst?
Seat positioneert zich ten opzichte van Škoda als een concurrent voor de titel van goedkoopste merk binnen de Volkswagen-groep. De modellen van het Spaanse merk gaan al enkele jaren mee, maar weten een trouwe klantenkring aan te spreken. En daar zit precies de paradox. Cupra moest de fakkel overnemen en doet dat met succes, maar tegen een ander prijsniveau. Daardoor blijft Seat standhouden. De verkoopcijfers dalen, maar niet dramatisch. In die mate zelfs dat er in 2030 misschien nog steeds Seat-modellen te vinden zullen zijn in showroom en op het Autosalon van Brussel. En niet alleen ‘mobiliteitsoplossingen’, zoals oorspronkelijk de bedoeling was voor het tijdperk na de verbrandingsmotor.
Zou Seat binnen de VW-groep een lowcost-merk kunnen worden? Het is vandaag onmogelijk om dat te voorspellen, aangezien er geen officiële aankondigingen zijn over een mogelijke koerswijziging.