Het lijkt wel alsof het gisteren was, maar het is bijna tien jaar geleden. In 2007 onthulde Nissan de R35, de opvolger van de Skyline GT-R. Die was vooral bekend bij drifters en tuners en bijzonder populair in rechtsgestuurde landen, zoals thuisland Japan en Groot-Brittannië. De R35, beter bekend onder zijn commerciële naam GT-R, vestigde al snel een gevreesde reputatie: de prestaties van een supercar, met het logo van een “gewone” massaconstructeur.

Wat is er veranderd?

Van buitenaf moet je al een kennersoog hebben om de veranderingen op te merken, maar ze zijn er wel degelijk. Vooraan krijgt de motorkap de V-vorm mee die je ook op andere Nissan-modellen terugvindt, de grille is groter voor een betere koeling, en de bumper werd hertekend. Achteraan vind je nog steeds de typische achterlichten, die lichtjes werden hertekend, en vier kachelpijpen van uitlaten aan weerszijden van een gewijzigde diffusor.

Om even te schetsen hoeveel aandacht voor detail de Japanse ingenieurs hebben: zelfs de C-stijl werd hertekend, om enkele turbulenties aan hoge snelheden weg te werken die Nissan ter ore was gekomen. Maar om die verandering op te merken, moet je het huidige model al naast een ouder exemplaar kunnen zetten.

En binnenin?

In het interieur bogen de ingenieurs zich over de vormgeving en de indeling van het dashboard. Het aantal knoppen werd herleid van 27 naar 11, waardoor je voor sommige functies in het touchscreen terecht moet. Het dashboard oogt netter, maar het display kan de tand des tijds niet langer verbergen. Leder komt er in het nieuwe model meer aan te pas om het interieur op te waarderen, al betrap je de GT-R hier en daar op een bedieningsorgaan dat uit de gewone Nissan-rekken werd geplukt.

Achteraan is vooral de beenruimte veel beperkter. Vooraan zit je royaal en comfortabel – optioneel kan je ook voor sportievere kuipjes kiezen – en heb je de zetel in geen tijd afgesteld op een gefocuste rijhouding. Nog een minieme ingreep die opvalt: de schakelpeddels werden verplaatst van de stuurkolom naar het stuurwiel. Het zicht in de achteruitkijkspiegel wordt gedomineerd door de massieve achtervleugel, en in je buitenste zijspiegels kijk je uit op de gewelfde achterste wielkasten. De sportieve ambities stopt deze GT-R dus zeker niet weg…

Heeft hij meer pk’s?

Jazeker, twintig om precies te zijn. Het vermogen stijgt dus naar 570 pk – tegenover 550 voor het vorige model – en het koppel neemt toe van 632 tot 637 Nm. Een officiële 0-100-tijd is er nog niet, maar reken maar dat die nog steeds onder de 3 seconden duikt. De topsnelheid ligt op 315 km/u. De vermogenswinst kon Nissan realiseren door de ontsteking per cilinder te optimaliseren, ervaring die het opdeed met de ultrakrachtige Nismo. De takumi hebben er een erezaak van gemaakt.

Takumi?

De takumi zijn vijf Japanse ingenieurs die als enige ingenieurs bij Nissan de motor van de GT-R mogen bouwen. De 3.8 V6 wordt dus met de hand geassembleerd, en voorzien van een plaatje met de naam van de takumi. Eén motorblok in elkaar steken duurt een negental uur.

En verder?

Verder werd het koetswerk verstevigd, werden er kleine wijzigingen aangebracht aan de zestrapsautomaat met dubbele koppeling, en ging ook de grip van de banden erop vooruit. Het nieuwe modeljaar werd dus zorgvuldig onder de loep genomen.

Wat is het effect?

Het resultaat is nog steeds imposant: de acceleraties en de trekkracht van de GT-R blijven verbluffend. In eender welke versnelling gaat hij goed vooruit, maar nader je de middelhoge toeren, dan draait de kerncentrale op volle toeren en wordt de duw in de rug nucleair. We schrijven “kerncentrale”, want het turbineachtige geluid dat de GT-R produceert is wel imposant, maar dramatisch of meeslepend vinden we het niet. De zestrapsautomaat is een plezier om te gebruiken, en doet het ook goed in de automatische stand.

Krijgt hij al dat vermogen wel aan de grond?

Jazeker, want tot 50 procent van het vermogen kan ook naar de voorwielen worden gestuurd. Rij je graag voluit, kan je uiteraard gaan spelen, maar hyperefficiënt behoort ook tot de mogelijkheden. Het stuur is direct en precies, en je kunt in elke bocht je limieten probleemloos een stukje verder leggen: de GT-R verteert het allemaal met tonnen grip.

Kan ik het ook rustig aan doen?

Absoluut. Er zijn rijmodi die de gasrespons en de demping beïnvloeden. De eerste rijmodus is ideaal voor manoeuvres, maar ook voor stadsverkeer. De tweede houdt de demping van de Japanner stevig, maar nooit oncomfortabel. Tenzij de staat van het wegdek erop achteruit gaat. De V6 houdt zich bovendien gedeisd, maar helemaal stil en klinisch wordt het nooit. De Nissan GT-R is immers een auto die blijft “leven”: je hoort steeds wel ergens een gedempt mechanisch geluid, bijvoorbeeld van de transmissie.

Hoeveel kost hij?

De Nissan GT-R staat in de catalogus vanaf € 99.900. Daarvoor heb je de “Pure”-uitvoering, met navigatiesysteem, een audio-installatie en bekleding in leder en alcantara. De “Black”-editie kost € 102.900 en voegt er kuipzetels en een zwart lederen interieur met rode accenten aan toe. € 104.900 betaal je voor de “Prestige”-uitvoering, die het volledige interieur met nappaleder bedekt. Ten slotte kost de “Track Edition” € 114.900, maar daar krijg je specifieke lichtere velgen, een regelbare demping en een stijver koetswerk voor in de plaats. Een Nismo-versie komt er begin volgend jaar.

Besluit?

Deze sluwe vos heeft nog niets van zijn streken verloren: ondanks zijn “doordeweekse” Nissan-logo is hij nog steeds in staat om menig supercar het schaamrood op de wangen te bezorgen. Dat hij al een dagje ouder wordt, zie je graag door de vingers. Want voor de prestaties die hij biedt, zou je € 100.000 bijna een koopje gaan noemen…