Na een gouden periode van een jaar of 20 waren sportieve coupés in de tweede helft van de jaren 1970 uit de gratie gevallen. Het publiek moest dus op een andere manier worden verleid. Philippe Guédon, hoofdingenieur, vatte daarom het idee op om een zowel praktisch als speels voertuig te bedenken. Het originele plan wist de leiding van het merk echter maar matig te overtuigen. Daarom kreeg Guédon een belachelijk klein budget voor zijn project, waardoor hij sterk op recuperatie was aangewezen.
Guédon ontwikkelde een nieuw soort auto, tussen een break, een bestelwagen en een offroader, en gebruikte daarbij bestaande onderdelen. Het platform en vele andere elementen kwamen van de Simca 1100 en de motor is geleend bij de Simca 1308. Guédon zou de Rancho later zelf een “hutsepot” noemen.
Toen het vreemde ding in 1977 op de markt kwam, wist het flink wat interesse te wekken. De bestelbonnen stroomden binnen en Matra bedacht meerdere afgeleiden van het model (speciale reeksen, bestelversies en gezinswagenvarianten), naast een heel breed optiegamma, van een sperdifferentieel over een lier tot noppenbanden. De Rancho kwam eerst op de markt onder de merknaam Matra-Simca en werd later een Talbo-Matra, omdat Simca in 1978 door PSA was opgeslorpt.
Net zoals bij hedendaagse cross-overs ging het vooral om de look, want bij gebrek aan middelen kon de Rancho niet op vierwielaandrijving rekenen. Tijdens zijn 7-jarige carrière zijn er meer dan 56.000 stuks van verkocht. Helaas blijven er daar vandaag maar heel weinig van over in een mooie staat omdat dit Franse curiosum een verwoestende voorliefde voor roest had. Als je er desondanks toch een in goede staat vindt, zal je ongetwijfeld meer plezier halen uit zijn heerlijk voorbijgestreefde look en zijn praktische voordelen dan uit de 80 pk van zijn motortje en de vierversnellingsbak…