We lezen steeds meer berichten over autoconstructeurs die massaal aan het besparen zijn om de ontwikkelingskosten van (toekomstige) elektrische modellen te kunnen dragen. Toch zijn er merken die in nog geld opzij leggen voor een andere technologie: die van de waterstofaandrijving. Volvo-baas Hakan Samuelsson waarschuwt hen nu: dat is weggegooid geld in een tijd waar elke cent telt.

Waterstof biedt op het eerste gezicht nochtans enkel voordelen: net zoals EV’s is er geen plaatselijke uitstoot van giftige stoffen wanneer ze rijden, terwijl ze bovendien niet met de lange laadtijden van batterijwagens worden geconfronteerd. Alleen kampen ze met een heel groot gebrek dat vaak over het hoofd wordt gezien: hun rendement is bedroevend laag. Het kost vandaag minstens 5 keer zoveel energie om een waterstofauto even ver te laten rijden als een elektrische auto. Bovendien is de technologie in de wagens én hun de tankstations bijzonder duur. Slimme constructeurs, zo meent de Volvo-baas, laten deze technologie dus links liggen en gaan voor de stekkerauto.