Met dit vernieuwende concept kondigde Ian Callum, destijds hoofd design van het merk, de stijltoekomst aan. Gespierde lijnen, gladde flanken, en een aanblik van schuin achteraan die doet denken aan de E-Types van de jaren 60 met het ontwerp van de zijruiten en de dubbele centrale uitlaat. De XF, die in 2008 werd voorgesteld, kreeg diezelfde gladde en afgeronde flanken, en – qua idee dan toch – het herwerkte vooraanzicht.

Iets van de RX-8

Wat vooral verrast, is het omgekeerde openen van de achterportieren, wat doet denken aan de Mazda RX-8. Maar is dat echt verrassend? Niet helemaal: beide merken hoorden destijds bij Ford.

De duivel onder de motorkap

Wat vooral de aandacht van de Jaguar-puristen trekt, is de naam: R-D6. “D6” betekent “diesel – 6 cilinders”. En dat was natuurlijk een nieuwigheid voor het Britse merk. Jaguar durfde dus een V6 diesel onder de motorkap van een duivels sexy model te stoppen. De V6 biturbo van 2,7 liter produceerde 230 pk. De motor vonden we een jaar later (in 2004) in een iets bravere versie terug onder de kap van de S-Type, die de eerste Jaguar met dieselmotor werd.